zondag 7 januari 2018

Strijd tegen extreemrechts combineren met de strijd tegen de roof- en afbraakpolitiek


 
Meriç Esin

Nog niet lang geleden hield koning Willem-Alexander zijn jaarlijkse kersttoespraak. Heel even had ik de neiging om daar onmiddellijk commentaar op te schrijven. Toch zag ik daar in eerste instantie van af. Je hoeft ook niet overal commentaar op te schrijven, niet waar? Maar toen ik onlangs in een artikel de nieuwjaarsverklaring van António Guterres (algemeen secretaris van de VN) las, besloot ik het commentaar toch maar te gaan schrijven.
 
De essentie van de kersttoespraak van de koning en die van de verklaring van António Guterres hebben namelijk  inhoudelijk met elkaar te maken. De koning gaf in zijn toespraak aan zich grote zorgen te maken over de afnemende gemeenschappelijkheid in de samenleving en de zwakker wordende verbinding tussen de burgers onderling. António Guterres stelde in zijn verklaring vast dat het jaar 2017 teleurstellend was omdat  parallel aan de toegenomen crises ook het nationalisme wereldwijd toegenomen zou zijn, net als vreemdelingenhaat en sociale ongelijkheid. António Guterres waarschuwde ons bovendien voor nieuwe gevaren in 2018 en meldde hij het alarmniveau tot rood te zullen verhogen.
 
In de verhalen van de beide lieden worden belangrijke maatschappelijke problemen aangestipt waar wij sinds jaar en dag over horen en lezen en die we bovendien ook zelf aldoor beleven, in verschillende vormen en maten. Problemen die de loonafhankelijke en uitkeringsgerechtigde mensen ongelukkiger maken, problemen die de levens van mensen ‘kapot maken’ en problemen die mensen tot wanhoopsdaden drijven en tot zelfmoordpogingen die soms lukken en soms ook mislukken.
 
Maar dat alles, wisten we al lang. Dat hadden we niet nog eens van de koning, algemeen secretaris of welke andere ‘hoogwaardigheidsbekleder’ dan ook hoeven te horen. Wij kennen onze problemen, beter dan wie dan ook. Ons interesseren echter meer de oplossingen? Wat en waar zijn die? Hoe zullen die oplossingen gerealiseerd worden? En wanneer? Daarover spreken de ‘hoge’ lieden geen enkel woord uit. Door onze problemen te benoemen en die bijna op poëtische wijze te beschrijven trachten zij ons te paaien en in slaap te sussen. Want oh, ‘wat zijn zij solidair met ons en wat knap dat zij onze problemen zo goed kennen en ons zo goed begrijpen’.
 
De manier waarop zij ons aanspreken lijkt empathisch, begripvol en solidair maar is in werkelijkheid erg bespottend, vernederend en bedrieglijk. Zij spreken ons aan met het ‘medeleven’ waarmee dieven hun slachtoffers aanspreken die zij zojuist bestolen hebben. Ook de manier waarop zij het over onze problemen hebben is erg opmerkelijk. Zij spreken over onze problemen als of het natuurverschijnselen zijn, als of het meteorieten zijn die uit de hemel op de aarde zijn gevallen. Als of die door niemand veroorzaakt worden omwille van smerige belangen en grote winsten van uitbuitende, parasitaire klassen. Zij spreken over onze problemen als of wij voorbestemd zijn die problemen te hebben, ons er bij neer te leggen en er nooit van af te komen.
 
Laten we niemand toestaan om ons voor de gek te houden. Laten we ons ook niet wijs maken dat zulke zaken toevallig, doelloos en onschuldig zijn. Alles heeft een oorzaak en zulke zaken komen voort uit zekere belangen. Die belangen worden door zekere lieden nagestreefd. Die lieden denken en handelen in overeenstemming met hun belangen. Hun belangen bepalen hun plannen en doelen, hun positie, hun verhaal en hun retoriek. En hun belangen bepalen hun verhouding tot diverse groepen burgers in de samenleving.
 
Koning Willem-Alexander zegt zich zorgen te maken om het feit dat de eenheid van de samenleving onder druk staat.
 
Maar de regering waar de koning deel van uitmaakt voert een beleid dat die verdeeldheid juist bevordert. Alle ‘optimistische’ analyses, statistieken en vergelijkingen met slechtere situaties in andere landen ten spijt, zijn de maatschappelijke problemen in Nederland nog altijd groot, chronisch en schrijnend. De kloof tussen de sociaal-economische groepen in de samenleving is groot. Aan de ene kant de multimiljardairs, de multimiljonairs en de miljonairs en aan de andere kant degenen die met een loon of een uitkering moeten rondkomen. De trant van ‘rijk wordt rijker en arm wordt armer’ wordt in het economische en politieke crisisklimaat van vandaag maar niet doorbroken. Integendeel zelfs, deze trant is onverminderd van kracht en wordt bovendien door neoliberaal regeringsbeleid zelfs verder gestimuleerd.
 
Een ander punt is de groeiende extreemrechtse beweging met haar fascistische,  rechtspopulistische, racistische, islamofobische en andere soortgelijke ingrediënten. De propaganda, de manier van politiek bedrijven en het praktische optreden van verschillende onderdelen van deze beweging hebben een afbrekend effect op dit land en deze samenleving. Deze beweging  bevordert op alle terreinen van het sociale leven de tweedeling en het conflict. Waar er tussen groepen burgers aan verzoening, samenwerking, solidariteit en verbroedering gewerkt zou moeten worden, pleit deze extreemrechtse beweging met al haar onderdelen voor haat, angst, wantrouwen en geweld tussen die groepen burgers. Zo wordt door extreemrechtse krachten op alle fronten de basis gelegd voor een toenemende polarisering  en  vervreemding. Twee fenomenen die wij onwenselijk dienen te achten, gezien hun schadelijkheid voor onze gezamenlijke belangen.
 
Het is zeer verbazingwekkend en bovendien erg bevreemdend en ronduit teleurstellend dat de koning het niet eens met een enkel kritisch woord heeft gehad over de bovenbeschreven problematiek die toch zo breed leeft. Hij had met een zin kunnen wijzen op de schadelijkheid en onwenselijkheid  van de extreemrechtse benadering die een aanslag vormt op het maatschappelijk leven. Het is niet toevallig of onbewust dat hij dat niet gedaan heeft. Bij nader inzien is het eigenlijk ook niet vreemd of raar dat hij dat niet gedaan heeft. Hij maakt immers deel uit van een sociale klasse met veel geld en macht en van een regering die door en door neoliberaal en conservatief is.
 
Blijkbaar hebben neoliberalen en conservatieven, waaronder de koning, geen problemen met extreemrechts en de verschillende ingrediënten daarvan. Blijkbaar hebben neoliberalen en conservatieven de propagandistische activiteiten en andere (mis)daden van extreemrechts juist nodig om hun roof- en afbraakplannen uit te kunnen voeren. Blijkbaar hebben de neoliberalen en conservatieven aan de ene kant en de rijkgeschakeerde extreemrechtsen aan de andere kant meer dan genoeg gemeenschappelijke en wederzijdse belangen om elkaar niet de pas af te snijden. Het zijn net meerdere vieze vuile handen op een dikke vette buik.
 
Voor ons de conclusie dat deze neoliberaal-conservatieve regering, met inbegrip van het koninklijke aandeel, het verdient om stevig door ons bestreden te worden. Zoals ook extreemrechts het verdient met dezelfde stevigheid door ons bestreden te worden. De strijd tegen extreemrechts gecombineerd met de strijd tegen de roof- en afbraakpolitiek van deze neoliberaal-conservatieve regering en de rijken daarachter! In de combinatie zit de essentie! In die richting dienen we gezamenlijk onze gedachten en strijdpraktijk verder te ontwikkelen.
 
Meriç Esin

Vereniging Bijstandsbond <info@bijstandsbond.org>
Bijstandsbond

Geen opmerkingen:

Een reactie posten