dinsdag 2 april 2013

Inventarisatie van projecten waar wordt gewerkt met behoud van uitkering oftewel dwangarbeid

Inventarisatie van mensen die werken met behoud van uitkering

De Bijstandsbond en Doorbraak Amsterdam zijn bezig met het inventariseren van ervaringen van mensen die met behoud van uitkering werk verrichten in bepaalde projecten. Vaak wordt er druk uitgeoefend waarbij de uitkeringsgerechtigde dit verplicht moet doen. Anders verliest hij/zij de uitkering of krijgt een strafkorting. Wij noemen dit dwangarbeid. Graag willen wij weten onder wat voor voorwaarden mensen daar werken en hoe ze behandeld worden. 22 april is er een actievergadering van het comite dwangarbeidnee om te discussieren over hoe we de misstanden aan de kaak kunnen stellen en protesten organiseren. Sluit je aan!. info@dwangarbeidnee.nl
Je kunt het formulier invullen en opsturen

dinsdag 12 maart 2013

Oproep voor ondersteuning van actievoerende zorgwerkers bij zorginstelling Amsta in Amsterdam

Zoals u wellicht weet zijn zorgwerkers bij de zorginstelling Amsta acties aan het voeren voor een kwalitatief goede zorg. Onlangs nog bezetten zij het Sarphatiehuis. Zij willen net als bij zorginstelling Osira, waar de acties al wel gelukt zijn vorig jaar, meer handen aan het bed. De werkdruk is hoog en daardoor kunnen zorgwerkers niet de zorg verlenen die ze willen verlenen. Vanaf 2012 heeft de regering 3,5 miljoen euro op jaarbasis ter beschikking gesteld voor Amsta om meer personeel in te kunnen zetten. Hiervan hebben de zorgwerkers echter nog niets gezien. Wel weten ze dat het geld ondermeer besteed is aan managementcursussen.

De zorgwerkers hebben met de bezetting afgedwongen dat de voorzitter van de raad van bestuur met hen hierover in gesprek ging. Dit heeft echter nog niet tot het gewenste resultaat geleid. Daarom gaan de acties door.

http://www.abvakabofnv.nl/nieuws/nieuws/zorgmedewerkers-amsta-opnieuw-in-actie 

Het is belangrijk dat zorgwerkers de komende dagen steunverklaringen ontvangen.

De voorzitter van de Raad van Bestuur Ben de Valk laat zich laatdunkend en intimiderend uit over zijn personeel in de media: door de lange reeks van werkonderbrekingen en de daarop volgende negatieve publiciteit heeft het verpleeghuis nu te maken met leegstand en loopt Amsta inkomsten mis, stelt de Valk in De Telegraaf. Ook de AbvaKabo FNV die de acties leidt ligt onder vuur.

Daarnaast worden talloze bezuinigingsvoorstellen gedaan door de huidige regering waardoor de druk op de directies van verzorgingshuizen wordt vergroot, waar nu al het personeel de dupe van wordt.

Bovendien kijkt de voorzitter van de werkgevers de heer Wientjes over de schouder van Ben de Valk mee dat onder druk van acties niet wordt toegegeven. Een overwinning van het personeel van Amsta ervaart Wientjes als een nederlaag. Dat kan hij niet gebruiker, want er staat heel wat op het spel de komende maanden in Den Haag.

Wij stellen daarom:

Hun strijd is onze strijd en als ze winnen is dat een overwinning van ons allemaal en wel om de volgende redenen:

1.    Goede zorg hebben we op lange of korte termijn allemaal nodig.

2. Er gaan miljarden worden bezuinigd op de zorg onder andere in de thuiszorg wat 100.000 thuiszorgwerkers hun baan gaat kosten. Wij betalen straks meer geld aan eigen risico voor veel minder zorg.

3.    Amsta houdt nu al rekening met wetgeving rond de afschaffing van de thuiszorg waarover nog niet is beslist. Dat kost mensen nu al hun baan.
De directie van Amsta zou zich hard moeten maken voor behoud van de thuiszorg. De AbvaKabo FNV heeft een landelijke actiebijeenkomst op 6 april georganiseerd om de bezuinigingen op de thuiszorg van tafel te krijgen.

4.    Het geld binnen Amsta is steeds meer gaan zitten bij de top en de bureaucratie. Zorgwerkers weten heel goed hoe ze cliënten moeten verzorgen. Het is het personeel een doorn in het oog dat het top management meer verdient dan een minister. Als zorgwerkers bij Amsta winnen laat dat zien dat deze trend gestopt kan worden.

5.    De AbvaKabo FNV is zwaar onder vuur komen te liggen met name doordat ze consequent voor de belangen opkomt van haar leden en ook naar haar leden luistert zoals een democratische vakbond behoort te doen. Dat is voor werkgevers echter een brug te ver. De aanval vanuit werkgeverskringen en de media van de laatste weken heeft alles te maken met hun drang om de acties van de zorgwerkers in diskrediet te brengen.
En de vakbeweging als geheel medeverantwoordelijk te maken voor sociale afbraak rond de duur van de WW, het ontslagrecht, de nullijn voor ambtenaren en de diverse bezuinigingen van het kabinet.

Daarom bij deze de oproep om de komende dagen steunverklaringen op te sturen namens de OR, de organisatie waar je lid van bent, namens familieleden of gewoon namens jezelf. Bespreek deze mail met je collega’s of je vakbondsgroep of OR en stuur de steunverklaring naar Martin Wijnen zie email onder.

"Beste zorgwerkers,

Bij deze laat ik jullie (namens...naam organisatie/OR bedrijfsnaam) weten dat ik jullie strijd bij Amsta voor meer handen aan het bed steun! Ga vooral door met de acties. Goede zorg is in het belang van ons allemaal."

Bovenstaande verklaring kan gemaild worden naar vertegenwoordiger Amsta personeel:

msa.wijnen@zonnet.nl

En een kopie naar:

Vakbond2020@gmail.com

Dit is het email adres van het vakbondscafé Amsterdam

Met vriendelijke groet,

Rob Marijnissen

Namens de zorgwerkers en de programmaraad Vakbondscafé Amsterdam

woensdag 6 maart 2013

Zaak over verboden verplichte arbeid of dwangarbeid volgens Europees Verdrag van de Rechten van de Mens (EVRM) niet ontvankelijk verklaard bij Europees Hof.

Twee en een half jaar geleden diende een zaak van een Amsterdamse bijstandsgerechtigde voor de Centrale Raad van Beroep over verplichte tewerkstelling in een disciplineringstraject, het Hoya project, genoemd naar de Hoyaplant die in het tuinbouwproject gekweekt werd. In het disciplineringsproject werkten werklozen voor straf omdat zij naar het oordeel van de uitkerende instantie onvoldoende hun best hadden gedaan om aan betaald werk te komen, dan wel onvoldoende hun best hadden gedaan in een toeleidingstraject naar de arbeidsmarkt. Het Hoyaproject bestaat niet meer. De betreffende bijstandsgerechtigde kreeg met stopzetting van de uitkering te maken. De Centrale Raad van Beroep formuleerde in deze zaak voor het eerst aan welke criteria voldaan moet zijn wil er geen sprake zijn van dwangarbeid of verboden verplichte arbeid. De Centrale Raad verlaagde ook de straf voor de bijstandsgerechtigde van een maand geen uitkering tot 200 euro boete. Zie het persbericht van de Bijstandsbond. http://www.bijstandsbond.org/activiteiten/persberichten/opsommingfebruari2010/dwangarbeid3.htm en de pleitnota van Mr M. van Hoof, advocaat van de bijstandsgerechtigde. http://www.bijstandsbond.org/activiteiten/persberichten/opsommingfebruari2010/dwangarbeid2.htm
De bijstandsgerechtigde besloot samen met zijn advocaat in beroep te gaan bij het Europees Hof, om ook die instantie op Europees niveau tot een uitspraak te brengen over hoe het EVRM op het punt van verboden verplichte arbeid en dwangarbeid geinterpreteerd moet worden. Zie daarvoor het persbericht van de Bijstandsbond. http://www.bijstandsbond.org/activiteiten/persberichten/opsommingjuli2010/dwangarbeid2.html

Nu, twee en een half jaar later, komt er bericht uit Straatsburg: het Europees Hof heeft de zaak niet ontvankelijk verklaard vanwege onvoldoende financieel belang. Onlangs nog heeft het Europees Hof de minimumbedragen waar het om moet gaan bij rechtszaken verhoogd vanwege de grote toestroom aan zaken. Wanneer de Centrale Raad de stopzetting van de uitkering niet had omgezet in 200 euro boete was de zaak wellicht wel ontvankelijk verklaard, maar dat blijft koffiedik kijken. Zoals de zaak er nu voorstaat zullen wij -voorzover ons bekend is- nooit weten hoe de Europese rechters denken over de interpretatie van het EVRM in verband met verplichte arbeid of dwangarbeid.

Voor meer informatie:
Bijstandsbond
Piet van der Lende
Mark van Hoof
020-6898806
info@bijstandsbond.org

zaterdag 2 maart 2013

Congres van werklozen in Algiers

28-02-2013

Algerije – Tunesie – Marokko – Mauretanie

Een congres van werklozen uit de Magreb landen kwam vorige week bijeen in Algiers. Het congres werd slachtoffer van harde politionele onderdrukking

Op woensdag 20 februari vroeg in de morgen werd het vakbondshuis in Algiers door een grote politiemacht omsingeld. Binnen vond op dat moment een congres plaats dat de deelnemers ‘Eerste Forum uit de Maghreb landen tegen werkloosheid en precariteit’ noemden. Er waren vertegenwoordigers van werklozenorganisaties uit alle Maghreb landen aanwezig, dus uit Tunesie, Algerije, Marokko en Mauretanie. Gastheer voor het congres was de Algerijnse zelfstandige vakbond van openbare diensten, de SNAPAP. (Deze vakbond is onafhankelijk van het aan de staat gelieerde vakbondskoepel UGTA)

Door de omsingeling van de politie werd het congres op brute wijze onderbroken. De omsingeling begon ‘s morgens tegen 08.00 uur. Omstreeks 09.45 uur werden ook de hotels aangevallen, waar de delegaties uit de verschillende landen ondergebracht waren. Leden van de Marokkaanse en de Tunesische delegatie, een vertegenwoordiger van Mauretanie en drie bestuursleden van de SNAPAP werden gearresteerd en onder politiebewaking weggevoerd.

De delegatie uit Mauretanie kon dezelfde dag nog terugreizen naar huis, en diplomaten van Tunesie in Algiers intervenieerden succesvol voor de vrijlating van de delegatieleden uit Tunesie, zodat ook die na enige uren vrijkwamen. Alleen de diplomaten van het koninkrijk Marokko deden niets voor de delegatieleden uit dat land; donderdagavond werd een gedeelte van de Marokkaanse delegatie nog op het vliegveld van Algiers geblokkeerd. Zij werd daarbij nog steeds door een politiemacht omsingeld. De Marokkaanse delegatieleden die werden vastgehouden behoorden tot de vereniging ANDCM, een nationale vereniging van werklozen met hogere opleiding in Marokko en die daar een van de actiefste sociale bewegingen is.

Een groot aantal verenigingen en belangenorganisaties en vakbonden in vele landen heeft geprotesteerd tegen deze repressie van de politiestaat. Daaronder de reeds genoemde SNAPAP, de Marokkaanse demokratische arbeiders organisatie ODT, die zelf begonnen is werklozen te organiseren, de ATMF (vereniging van arbeiders uit de Maghreb in Frankrijk) en de Franse vakbond Union Solidaires. Verder oa de Spaanse CGT. De internationale en democratische vakbondsbeweging kan deze provocatie niet over haar kant laten gaan en op zijn beloop laten, enige weken voor het Wereld Sociaal Forum, dat dit jaar voor het eerst in een land aan de Middellandse Zee plaats zal vinden. (Van 26-30 maart in Tunis) Het verzoek is solidariteitsbetuigingen via Labournet te laten lopen.

Zie voor de Duitse tekst op internet: http://www.labournet.de/internationales/algerien/algerien-tunesien-marokko-mauritanien-arbeitslosenkongress-des-maghreb-tagte-in-algier/

woensdag 20 februari 2013

Uitnodiging Actiecomité Dwangarbeid Nee

Tijdens de hoorzitting werkzoekenden in de uitverkoop van 14 december 2012 hebben we een actiecomité opgericht. Jullie hebben aangegeven hieraan deel te willen nemen. Daarom nodigen we jullie van harte uit voor een bijeenkomst van het actiecomité op:

Datum: maandag 25 februari 2013

Tijd: 19.00-21.00 uur

Plaats: Stadhuis, Amstel 1, 1011 PN Amsterdam

Zaal 0244

We gaan dan met elkaar aan de slag met hoe we misstanden voor uitkeringsgerechtigden die gedwongen met behoud van uitkering aan het werk gezet worden bestrijden / voorkomen en wat hiervoor nodig is. Aan het einde van de avond hebben we een concreet actieplan en afspraken over wie, wat en wanneer gaat doen.

Graag horen we of je er op 25 februari a.s. bij bent. Dat kan door te bellen met mw. Q. de Vogel, telefoon 020 5856 225 of via e-mailadres q.devogel@bg.fnv.nl door te geven of je komt.

Met vriendelijke groet,

Piet van der Lende, Bijstandsbond

Maureen van der Pligt, SP

Bob Wester, Doorbraak

Maaike Zorgman, FNV Bondgenoten

woensdag 13 februari 2013

'Werken in de bijstand leidt tot misstanden'

Uitzending nieuwsuur dinsdag 12 februari 2013 om 22.00 uur

Verplicht werken voor een uitkering

AFP Toegevoegd: dinsdag 12 feb 2013, 15:28

De Melkertbaan, participatiebaan, re-integratieplaats, de tegenprestatie. Allemaal termen en wetten voor hetzelfde: hoe krijgt de overheid mensen uit de bijstand weer aan het werk? Maar wat zijn de resultaten?

Droom

De 24-jarige Marion droomt van een toekomst als activiteitenbegeleider van jongeren. Ze heeft er voor geleerd en wil aan de slag. Maar nu brengt ze elke dag de post rond in een wijk buiten Emmen. "Best leuk hoor, zegt ze, beter dan thuis zitten." Maar het brengt haar droom niet veel dichterbij.

Bij de post kan ze niet aan de slag en ervaring voor een baan in het jongerenwerk doet ze ook niet op. Ze vindt het erg dat ze de plaats inneemt van mensen van de sociale werkplaats die dit werk prima zouden kunnen doen.

Weinig kans

Sjeng uit Born werkt als stratenmaker. Vroeger werden de noodreparaties door professionele stratenmakers gedaan. Maar nu maken Sjeng en andere mensen met een bijstandsuitkering de stoepen. Sjeng hoopt aangenomen te worden. Maar daarop is weinig kans.

Verdringing

Het zijn twee voorbeelden van bijstandsgerechtigden die werken met behoud van uitkering. Het zijn mensen die jarenlang allerlei functies vervullen die een gewone werknemer ook zou kunnen doen. En dat mag niet. Er mag geen sprake zijn van verdringing of concurrentievervalsing.

Onvermijdelijk

Maar in de praktijk is de bijstandsgerechtigde een goedkope arbeidskracht voor gemeenten, zeggen FNV en SP. De FNV heeft inmiddels een zwartboek gemaakt met tal van voorbeelden.

Bijzonder hoogleraar marktwerking en mededingingseconomie Barbara Baarsma noemt de pogingen om mensen met behoud van uitkering verplicht te laten werken onvermijdelijk. "De verzorgingsstaat zoals we hem kenden, is niet meer te betalen. Als gemeentes bepaalde taken weg moeten bezuinigen terwijl er een groot aantal bijstandsgerechtigden beschikbaar is om de taken op zich te nemen, is dat een win-win-situatie. De bijstandsgerechtigde doet ervaring op, de gemeente voert zijn taken uit en de burger profiteert."

Intimidatie

Maar Mark van Hoof is kritisch. Hij is al twintig jaar advocaat voor mensen in de bijstand en zegt dat bijstand en fraude bijna synoniemen zijn geworden. De gemeenschap betaalt werk waar de maatschappij baat bij heeft. Hij noemt het verkapte dwangarbeid waarbij zelfs sprake is van intimidatie. "Als je niet luistert, raak je je uitkering kwijt".

Vragen en/of opmerkingen? Mail: Nicole.le.Fever@Nieuwsuur.nl

maandag 11 februari 2013

multiloog bijeenkomst

De Bijstandsbond en St. IPC/INCA Projectbureau Amsterdam organiseren:

Multiloog bijeenkomst.

Plaats: gebouw Tetterode, ruimte D4 net. Bilderdijkstraat 165F Amsterdam woensdag 13 februari van 14.00 uur-16.00 uur

Multiloog-bijeenkomsten zijn gespreksgroepen voor iedereen die belangrijke zaken uit het dagelijks leven met een ander wil delen. Wat u ook op het hart hebt, u kunt ermee komen.

Ze kunnen gaan over problemen bv. in de buurt zoals onveiligheid of (geluids) overlast. Ze kunnen gaan over problemen in huis, met de administratie of het huis op orde houden. Ze kunnen gaan over problemen met (vrijwilligers) werk of werkloosheid, met inspanning/stress of onthaasting, met religie of over problemen in de communicatie met jezelf en/of anderen. Ze kunnen gaan over psychische problemen. Ze kunnen gaan over inspirerende zaken, dingen die je goed doen, waar je kracht en energie uit haalt en waar je vrolijk van wordt.

Steeds gaat het erom met elkaar onder deskundige begeleiding een veilige situatie te doen ontstaan. Voorop staat daarbij het eigen verhaal, maar ook gaat het erom te luisteren en vooral de andere deelnemer erin te ondersteunen de voor hem/haar wezenlijke zaken aan de orde te kunnen stellen. Iedereen is welkom en indien gewenst is anonimiteit gewaarborgd. Niemand is verplicht iets te vertellen, alleen maar komen luisteren is ook toegestaan.

Multiloog-bijeenkomsten zijn een initiatief van Heinz Mölders die deze bijeenkomsten samen met anderen vanuit INCA Projectbureau Amsterdam en Stichting IPC reeds sinds 15 jaar in Amsterdam en elders organiseert.

maandag 28 januari 2013

De stad is van ons

Solidariteit – commentaar 216 - 27 januari 2013

De stad is van ons

Piet van der Lende

Op allerlei beleidsterreinen komt de crisispolitiek op ons af, ook lokaal en verschillend voor verschillende groepen. De neoliberale politiek betreft niet alleen bezuinigingen, maar een algehele reorganisatie van de maatschappij, waaronder uitbreiding van controle en repressie die de burger in het gareel moeten houden. Deelbelangen dreigen en lijken een gezamenlijke strijd te belemmeren. De vraag is hoe de verdeeldheid te doorbreken.

Lokale maatregelen van gemeenten en regering lopen door elkaar. Gemeenten zitten beslist niet alleen krap vanwege de Haagse bezuinigingen. Toen de economische crisis naar een nieuw hoogtepunt ging, verloren ze veel op grote bouwprojecten. Daarnaast namen ze deel aan speculatie op bouwgrond die inmiddels braak ligt en waardeloos wordt. Op dit moment zien we voorzichtige initiatieven om acties tegen deze malaise te organiseren. Ze krijgen echter nauwelijks vat op het verband tussen het straffe beleid van de gemeenten en het Rijk en onderschatten de samenhang tussen de bezuinigingen en reorganisaties. Ieder werkt vanuit het eigen winkeltje aan een deelonderwerp. Dit komt de effectiviteit niet ten goede. Overigens spreekt bijna iedereen van bezuinigingen, meestal met het argument dat de kosten voor de gezondheidszorg en sociale zekerheid uit de hand lopen, maar het gaat in wezen om doorsluizen van geld naar de rijken.

Scheidslijnen

Kenmerk voor de neoliberale politiek is dat de reeks bezuinigingsmaatregelen uitmondt in een verdeling langs verschillende scheidslijnen, zoals sociale zekerheid, huurders en eigen huisbezitters. Maar ook tussen mensen met een flexibel en een vast contract, verschillende leeftijden en in verloederde en gegoede buurten. Voor al die groepen worden specifieke maatregelen getroffen. Ze reageren met de oprichting van categorale organisaties die een deelaspect van de neoliberale politiek bestrijden, met het risico dat ze hun deelbelangen ten koste van andere doorzetten. Deze ontwikkeling is al sinds de jaren zeventig aan de gang. Zo zijn er tientallen patiëntenverenigingen die zich richten op uitwisseling van ervaringen over een bepaalde ziekte, maar ook op specifieke belangenbehartiging. Ze treden in overleg met de subsidiërende overheid en geven in cliëntenraden en adviesorganen commentaar op de gestage stroom beleidsnota's die de politieke bureaucratie produceert. Waarna de aangekondigde maatregelen, specifiek voor een bepaalde groep, worden bijgeschaafd.

Van onderen

In het verleden hebben meerdere groepen geprobeerd die verdeeldheid te doorbreken. Maar gezien de effectiviteit van de acties, vraag ik me af of we iets dergelijks opnieuw moeten nastreven. Deze kwestie heb ik onder meer voorgelegd aan het Steunkomitee sociale strijd in Amsterdam. Mijn twijfels werden door sommigen gedeeld met als kanttekening dat eerdere pogingen tot samenwerking waren mislukt. Op een eerste vergadering bleken zo'n vijftig mensen van verschillende organisaties te komen, planden een actie, maar bij het vervolg nam de deelname af en zakte het initiatief in. Voorbeelden: Keer het Tij, Rekening Retour en het comité Hete Herfst. Als verklaring gold dat het uitgangspunt verkeerd was. Vertegenwoordigers van organisaties samenbrengen, als het ware van bovenaf, werkt niet. Nodig is 'van onderop' beginnen, de dagelijkse strijd van mensen in hun werk of elders ondersteunen, waarna zich duurzame relaties vormen en een volgend stapje mogelijk is. Het is bijvoorbeeld al heel wat om acties van thuiszorgmedewerkers tegen de ontslagen en bezuinigingen en voor betere arbeidsomstandigheden te koppelen aan de strijd van zorgconsumenten voor goede verzekeringen en toegang tot zorg en tegen afbraak van de zorgtoeslag. Aan deze verklaring werd toegevoegd dat het vandaag mensen aan een perspectief ontbreekt, zoals vroeger het socialistisch ideaal. Het ontbreekt aan een analyse van de maatschappij die het streven naar een betere samenleving als een soort overkoepelende ideologie verbindt. Verbanden tussen deelterreinen blijven uit, geloof in succesvolle acties lijkt verdwenen. Abstracties mobiliseren echter niet, wel voortborduren op deelsuccessen en van daaruit proberen tot een verbreding te komen. Dit zijn overigens losse opmerkingen tijdens een discussie en geen 'officieel' standpunt van het Steunkomitee.

Doorbraak

Hoewel ook ik de zwakten van samenwerking heb ondervonden, onderschrijf ik de genoemde verklaring slechts gedeeltelijk. Deelstrijd als uitgangspunt nemen, wel of niet van onderop, en van daaruit naar samenwerkingsverbanden streven, biedt ook geen perspectief. In de discussie met het Steunkomitee sociale strijd kwam de opmerking dat de concrete acties van verschillende groepen (gemeentelijk vervoer, schoonmaak, enzovoort) steun kregen, maar dat de onderlinge verbinding en de continuïteit moeilijk vast te houden bleken. Volgens mij is de eindeloze opsplitsing van de bevolking in deelbelangen en van daaruit de strijd voeren, een aspect van de neoliberale verdeel- en heerspolitiek. En niet wat veel mensen willen. Want al die deelbelangen en verdelende maatregelen komen in het individu samen: je wordt niet alleen op je werk geconfronteerd met verslechteringen, nee, de huur gaat omhoog, het recht op thuiszorg bij ziekte wordt afgeschaft, het buurthuis verdwijnt, de eigen bijdrage voor medicijnen gaat omhoog, enzovoort.

In Duitsland wordt al enige jaren geprobeerd de verdeeldheid te doorbreken door uit te gaan van de dagelijkse leefwereld van mensen. Een verband leggen tussen de verschillende beleidsaspecten en tegelijkertijd de suggesties van lokale bestuurders ontmaskeren dat het allemaal door 'Berlijn' of 'Europa' komt. Dit wordt de beweging "Recht auf Stadt" genoemd die bijvoorbeeld in Hamburg krachtig is. Deze initiatieven zijn een onderdeel van een al langer bestaand wereldwijd netwerk, waarbij stedelijke bewegingen vanuit het principe 'de stad is van ons' de bestaansvoorwaarden van de bewoners in brede zin aan de orde stellen. Daarbij gaat het om bouwprojecten, woningbouw, huren en planning van de openbare ruimte, maar ook om het recht op toegang tot sociale zekerheid, om burgerrechten, arbeidsomstandigheden in bedrijven, buurtvoorzieningen, enzovoort.

Suggesties

Belangrijk punt bij deze beweging, die overigens verschillende uitwerkingen kent, is dat ze een verband legt tussen wat mensen individueel in hun leven tegenkomen. Dus gericht op de samenhang tussen de vele verslechteringen op sociaal gebied en het belang van collectieve actie. Soms komt die samenhang enigszins 'spontaan' tot stand, bijvoorbeeld als de sluiting van een bedrijf grote (sociale) gevolgen heeft voor de lokale gemeenschap waardoor niet alleen de arbeiders van de fabriek maar de gehele bevolking geraakt wordt. Die samenhang is ook explicieter en misschien duurzamer te organiseren door de opzet van laagdrempelige spreekuren. Op basis van de daar binnenkomende informatie kunnen groepen mensen bij elkaar komen om een probleem collectief aan de orde te stellen en het individuele te politiseren. Daarbij kunnen de oude SP-initiatieven van medische wijkcentra een voorbeeld zijn. Ik hoop dat de aandacht die de 'nieuwe vakbeweging' lijkt te hebben voor het niveau van wijk en stad ook kansen biedt. Want het is bij het ontstaan van stedelijke bewegingen, die zich als een olievlek kunnen uitbreiden, van belang dat grote organisaties met een duurzame structuur zich solidariseren met degenen die het moeilijkst zitten. Dan zal blijken dat ook deze laatste groep in actie kan komen en deel uitmaken van een grote sociale beweging.

Ik denk dat zo'n beweging zich kan versterken en als een overkoepelende identiteit verschillende groepen kan samenbrengen. De vraag is echter of dit op de korte termijn soelaas biedt, gezien de stedelijke wijken met rijken en armen en de uiteenlopende belangen in bijvoorbeeld het parkeerbeleid en de stadsplanning. In relatie met de neoliberale politiek hangt het er ook vanaf in welke mate de deelmaatregelen in een groeiende stapeling op individuen, arbeiders, gezinnen en buurtbewoners afkomen en de verdeel- en heerspolitiek zullen uitputten en er perspectieven ontstaan voor gebundeld en effectiever verzet.

zondag 23 december 2012

Verklaring van de Dienst Werk en Inkomen over het AOW gat vanaf je 65ste

22/12/2012

Enige weken geleden heeft de Bijstandsbond vragen gesteld aan de Dienst Werk en Inkomen over de relatie tussen de verhoging van de AOW leeftijd en het recht op bijstand. VVD en PvdA willen een versnelde verhoging van de AOW-leeftijd invoeren. Die zou volgens de laatste plannen in 2018 66 jaar worden, en in 2021 67 jaar.

Stapsgewijs ziet dat er als volgt uit:

Jaar          AOW-Uitkering vanaf

2013          65 jaar en 1 maand
2014          65 jaar en 2 maanden
2015          65 jaar en 3 maanden
2016          65 jaar en 6 maanden
2017          65 jaar en 9 maanden
2018          66 jaar
2019          66 jaar en 4 maanden
2020          66 jaar en 8 maanden
2021         67 jaar

Er komt vanaf 2013 een voorschotregeling uitgevoerd door de Sociale Verzekeringsbank. In 2013 kunt u één maand AOW lenen. Dit bedrag wordt in de zes maanden erna afgetrokken van de AOW-uitkering. In 2014 kunt u twee maanden lenen die u in één jaar aflost, in 2015 drie maanden, die u in anderhalf jaar aflost.

Voor mensen die een baan hebben of die als zelfstandige werken en die toch op hun 65ste willen stoppen met werken zijn er fiscaal aantrekkelijke oplossingen om bij te sparen voor het pensioen. Per jaar geldt daarvoor een maximumbedrag, de zogeheten jaarruimte. U kunt met de rekenhulp van de Belastingdienst, www.belastingdienst.nl/rekenhulpen/lijfrentepremie bekijken of u deze optimaal benut.

Wij hebben met name gevraagd of deze voorschotregeling van de Sociale Verzekeringsbank moet worden gezien als een voorliggende voorziening.

Het DWI heeft deze week daarop onderstaande verklaring afgegeven.

Wat betekent de verhoging van de AOW-leeftijd voor onze klanten en niet-klanten?

Met ingang van 1 januari 2013 wordt de leeftijd waarop op grond van de Algemene Ouderdomswet recht op ouderdomspensioen ontstaat stapsgewijs verhoogd. Voor 2013 betekent dit dat de pensioengerechtigde leeftijd bij het bereiken van de leeftijd van 65 jaar met 1 maand wordt verhoogd.

Voor klanten van DWI betekent dit dat zij een maand langer bijstand ontvangen.

Voorbeeld: wordt klant in 2013 op 17 januari 65 jaar, dan loopt de bijstand door tot en met 16 februari 2013. Op 17 februari ontvangt klant AOW.

Voor mensen die in 2013 op hun 65ste jaar besluiten te stoppen met werken, ontstaat een pensioengat van een maand. Zij kunnen een lening aanvragen bij de SVB. Omdat zij er zelf voor kiezen te stoppen en niet door te werken ligt een bijstandsaanvraag niet voor de hand. Er kan namelijk sprake zijn van tekortschietend besef van verantwoordelijkheid en een maatregel worden opgelegd.

Mensen die deelnemen aan vut- of prepensioenregelingen krijgen ook te maken met een inkomensverlies. De Sociale Verzekeringsbank (SVB)verleent op aanvraag aan deze personen een voorschot in de vorm van een renteloze lening. Deze gaat in op de dag waarop de persoon 65 jaar wordt. Het bedrag van het voorschot wordt verrekend over de eerste zes volledige kalendermaanden.

Het aanvragen van een SVB lening is voor de klant een keuzemogelijkheid. De renteloze lening van de SVB is geen voorliggende voorziening. Een klant kan dan ook niet verplicht worden of standaard doorverwezen worden om een lening van de SVB aan te vragen. Met name voor mensen met bijvoorbeeld veel overwaarde in hun huis, kan het aanvragen van een SVB-lening uitkomst bieden.

Bij een bijstandsaanvraag gelden de regels die altijd voor het recht op bijstand gelden, dus ook een vermogenstoets en een partnertoets. Ook de arbeidsverplichtingen zijn van toepassing, waaronder de plicht om bestaand werk naar vermogen te behouden. Het kabinet vindt het belangrijk dat langer (door)werken de norm is.

Het kabinet-Rutte-Asscher wil voor mensen die per 1 januari 2013 deelnemen aan vut- of prepensioenregelingen de voorschotregeling schrappen. In plaats daarvan wil het kabinet een overbruggingsregeling invoeren. De voorschotregeling wordt geschrapt zodra de nieuwe overbruggingsregeling is vastgesteld. Op dit moment is nog niet duidelijk hoe deze overbruggingsregeling eruit gaat zien.

Tenslotte gaan wij ervan uit dat de klanten van DWI en personen die voor het inkomensverlies dat zij lijden bijstand ontvangen, aan de SVB worden overgedragen zodra de bijstand wordt beëindigd.

Einde bericht DWI

 

 

vrijdag 21 december 2012

Wanneer is er een gezamenlijke huishouding volgens de Wet werk bijstand (Wwb) ?

Mensen, die recht hebben op een bijstandsuitkering zijn niet altijd op de hoogte van het feit dat het voeren van een gezamenlijke huishouding gevolgen kan hebben voor de hoogte van de uitkering. Er volgen twee voorbeelden.

 

Voorbeeld 1. A en B hebben allebei een bijstandsuitkering voor alleenstaanden van 70% van het wettelijk minimumloon. Zodra zij een gezamenlijke huishouding gaan voeren, krijgen zij één gezamenlijke uitkering, die 100% van het wettelijk minimumloon is. Dit is dus lager dan de som van de beide afzonderlijke uitkeringen.

 

Voorbeeld 2. A heeft een bijstandsuitkering voor een alleenstaande. Zij gaat een gezamenlijke huishouding voeren met B. B heeft 20.000 euro op de bank staan en heeft geen schulden. Daardoor raakt A haar bijstandsuitkering kwijt.

  

Wat is een gezamenlijke huishouding eigenlijk?

 

Een gezamenlijke huishouding bestaat tussen samenlevende echtgenoten of geregistreerde partners. Echter, een gezamenlijke huishouding kan ook tussen twee mensen bestaan, die geen echtgenoten of geregistreerde partners zijn. De Wwb geeft daarvan onder meer als voorbeeld: zij die met elkaar gehuwd zijn geweest, of uit wier relatie een kind is geboren, maar er zijn talloze andere voorbeelden

 

In art 2 sub a Wwb staat: in deze wet en de daarop rustende bepalingen wordt als gehuwd of als echtgenoot mede aangemerkt de ongehuwde die met een ander een gezamenlijke huishouding voert, tenzij het betreft een bloedverwant in de eerste graad of een bloedverwant in de tweede graad indien er bij één van de bloedverwanten in de tweede graad sprake is van zorgbehoefte.

 

Kijken we nu eerst naar het begrip gezamenlijke huishouding.

In art 3 lid 3 Wwb staat: Van een gezamenlijke huishouding is sprake indien twee personen hun hoofdverblijf in dezelfde woning hebben en zij blijk geven zorg te dragen voor elkaar door middel van het leveren van een bijdrage in de kosten van de huishouding dan wel anderszins.

De gezamenlijke huishouding is een begrip dat gebaseerd is op feitelijke bewoning. Dat een van de uitkeringsgerechtigden ergens anders staat ingeschreven, is niet doorslaggevend. Anders zou men kunnen frauderen door zich op een ander adres in te schrijven. De wetgever heeft het dan ook over het hoofdverblijf. Een kort verblijf (bijvoorbeeld tijdens de vakantie) leidt uiteraard niet tot de conclusie dat er sprake is van een hoofdverblijf. Waar de grens ligt is moeilijk te bepalen. Daarvoor moet u persoonlijk advies inwinnen.

 

Om te kunnen vaststellen, of er sprake is van een gezamenlijke huishouding hanteren de controlerende instanties een reeks van punten waarop wordt beoordeeld of dit inderdaad het geval is. Denk bij het onderstaande op een afzonderlijk punt dus niet: dat geldt voor mij niet, dus er is geen sprake van samenwonen. Vaak is het erg ingewikkeld, dus ga niet alleen af op deze tekst en probeer altijd naar en sociaaljuridisch spreekuur te gaan bijvoorbeeld van een advocaat, om uw specifieke situatie door te nemen.

 

Wat is hoofdverblijf?

 

Het eerste punt is het hoofdverblijf in dezelfde woning hebben. De Wwb zegt niets over het begrip woning. De Wwb zoekt aansluiting van dat begrip in de Huursubsidiewet

Onder woning wordt in die wet verstaan “ een woning voorzien van een eigen toegang, waarbij geen wezenlijke woonfuncties, zoals woon – en slaapruimte, was –  en kookgelegenheid en toilet met andere woningen worden gedeeld” De jurisprudentie van de huursubsidiewet heeft het begrip woning nader uitgewerkt. Er volgen enkele voorbeelden.

                      Eigen toegang wil zeggen dat men de eigen woonruimte kan bereiken zonder dat men daarbij gangen of kamers van eigenaren of huurders hoeft te betreden.

                     Als men een douche deelt, is er geen sprake van een zelfstandige woning. De douche heeft namelijk een wezenlijke, essentiële, gemeenschappelijke woonfunctie. Men kan dan, mijns inziens, het delen van een keuken of een wasgelegenheid ook zien als een essentiële, gemeenschappelijke woonfunctie.

                     Bij het huren van een kamer is er geen sprake van een zelfstandige woonruimte.

                     Een stacaravan op het terrein van een woning is geen zelfstandige wooneenheid als er gebruikt gemaakt moet worden van de elementaire voorzieningen in de nabijgelegen woning.

 

Men kan echter, omdat het om verschillende punten gaat om vast te stellen of er sprake is van een gezamenlijke een kamer in onderhuur hebben en toch een zelfstandige uitkering hebben. In sommige gemeenten is het beleid, dat men een bijstandsuitkering krijgt van 60% van het minimumloon wanneer men een bepaald bedrag aan huur betaalt. Wij gaan nu kijken naar het volgende criterium. Vaak tonen mensen een huurcontract om aan te tonen dat er een puur zakelijke relatie is. Als er een zakelijke relatie is, is er verder geen financiële verstrengeling. Dan beperkt de relatie zich tot de zakelijke verplichtingen van huurder en verhuurder uit de huurovereenkomst.

 

Zorg dragen voor elkaar

 

Nu volgt het criterium zorg dragen voor elkaar. Als men alleen maar een woning deelt, is dat niet voldoende om te constateren dat men een gezamenlijke huishouding heeft. Men moet ook zorgdragen voor elkaar in de vorm van het leveren van een bijdrage in de kosten van de huishouding.  Wanneer wordt er een bijdrage in de kosten geleverd? Waar de grens ligt, blijft onduidelijk. Als de vaste lasten als gas, licht en water en telefoonrekeningen gezamenlijk worden betaald, kan er wel vanuit worden gegaan dat er een gezamenlijke huishouding bestaat. Ook als men tevens de kosten van het gebruik van een auto deelt, bestaat er een aanwijzing dat er een gezamenlijke huishouding is. Bij het woord anderszins in de wettekst kan men, bijvoorbeeld denken aan kosteloze herstelwerkzaamheden van de woning. Of er een liefdesrelatie is tussen twee bewoners, doet niet ter zake voor die vaststelling. Men kijkt puur naar objectieve feiten.

 

Zorgbehoefte

 

Zorg dragen voor elkaar is iets anders dan een zorgbehoefte. Dit is van belang voor bloedverwanten in de tweede graad, die een gezamenlijke huishouding voeren. Als er een zorgbehoefte is, blijft het recht op een uitkering bestaan voor alleenstaanden. Aan de hand van een voorbeeld wordt dit verduidelijkt. A gaat in afwachting van een nieuwe woning tijdelijk wonen bij zijn broer B. Zij dragen zorg voor elkaar door middel van het leveren van een bijdrage in de kosten van de huishouding. Als aan alle andere bovenstaande voorwaarden is voldaan, is er sprake van een gezamenlijke huishouding. A verliest zijn recht op een uitkering voor een alleenstaande. Aan de hand van een tweede voorbeeld wordt verduidelijkt wat de term zorgbehoefte betekent.

A verpleegt zijn geesteszieke broer B. Ondanks het feit dat B een bijdrage levert in de kosten van de huishouding, wordt er niet een gezamenlijke bijstandsuitkering uitgekeerd. Dit omdat B een zorgbehoefte heeft. Voorwaarde is wel dat B een plaats in een AWBZ- instelling zou kunnen krijgen, maar daarvan om hem moverende redenen heeft afgezien. Een ander criterium is dat B vanwege een ziekte niet in staat is om een zelfstandige huishouding te voeren.

 

C.O.V. van Randwijck

Medewerker Bijstandsbond       

20/12/2012

videoclip Bijstandsbond