woensdag 31 maart 2021

Werkloze moet zelf scholingskosten in eerste instantie betalen

Een werkloze in Amsterdam werd opgeroepen door de sociale dienst (WPI) en kreeg te horen, dat hij een cursus verkeersregelaar moest volgen. De klantmanager stuurde hem o.a. een email met de volgende bewoordingen: ‘ik verzoek je op het curusaanbod te reageren, nee, ik sommeer je te reageren’. De betrokken werkloze gaf zich dus op voor de cursus. Hij ging in zee met Jongleen Infra BV een uitzendbureau voor verkeersregelaars in Capelle aan den Ijssel. Hij moest een curus van drie dagen volgen. Op de praktijkdag moest hij op een druk kruispunt in Rotterdam bij metrostation Slinge het verkeer regelen. Het ging om een ingewikkeld kruispunt met 14 rijbanen. Op de tweede dag van zijn opleiding was het code rood, er was sprake van gladheid door ijzel,

Het was nul tot later op de dag twee graden. Het was zeer glad in de vroege ochtend, maar later op de dag bleef het regenachtig en verraderlijk weer,waarop de praktijkdag buiten (op weg) ondanks het gevaar toch is voortgezet. De werkloze heeft dit zodanig gevaarlijk ervaren dat hij de opleiding niet wilde afronden voordat het gevaar voorbij was. Aan Jongleen Infra BV heeft hij daarop gemeld dat hij de opleiding op dat moment wegens gevaar niet kon afronden. En toen kwam het. De werkloze kreeg een vordering voor de terugbetaling van de kosten van de opleiding van een incassobureau ingeschakeld door Jongleen Infra. Jongleen Infra BV heeft zonder zelf contact op te nemen direct een incassobureau ingeschakeld. Het gaat om een bedrag van € 1042,85. Inclusief incassokosten. Uit angst heeft cliënt het bedrag meteen overgemaakt. 

De werkloze werd geconfronteerd met de regel die de sociale dienst Amsterdam hanteert, dat kosten van de opleiding niet worden vergoed wanneer de werkloze de opleiding niet afmaakt en niet slaagt voor het examen. Overigens kregen de geslaagde verkeersregelaars een 0 uren contract bij het uizendbureau. Ze hebben blijkbaar als strategie, een stuwmeer van verkeersregelaars aan te legnne voor als het economisch weer wat beter gaat. 

Het is kassa voor het uitzendbureau. Wij veronderstellen dat het bureau naast de 907 euro vergoeding voor de dridaaagse curus ook nog subsidie ontvangt voor het in dienst nemen van bijstandsgerechtigden op een 0 uren contract, bijvoorbeeld een loonkostensubsidie. Wat betreft de gemeente Amsterdam: ze forceren een traject bij een werkloze, waarbij de risico’s van het niet slagen worden afgewenteld op de werkloze: die moet bijna duizend euro van zijn bijstandsuitkering ophoesten wanneer hij niet slaagt en de gemeente zit met deze pogingen goedkoop.

De werkloze schakelde een advocaat in die protsteerde bij de gemeente tegen de gang van zaken. Dit heeft ertoe geleid uiteindelijk dat de werkloze de scholingkosten die hij aan het uitzendbureau betaald had vergoed kreeg.

Wij vinden het van de zotte dat werklozen zelf de opleidingskosten moeten betalen van een traject dat hen door de gemeente is opgelegd.

Piet van der Lende
Bijstandsbond


maandag 29 maart 2021

De basisbaan is capitulatie voor de onrechtvaardige verhoudingen op de arbeidsmarkt

Solidariteit - Commentaar 430 - 28 maart 2021

De basisbaan

Piet van der Lende

In de onderhandelingen over een nieuw kabinet wordt nagedacht over de zogenaamde basisbaan voor werklozen. De Partij van de Arbeid zette het in haar verkiezingsprogramma en wil honderdduizend basisbanen in de publieke sector. Zo'n baan is volgens de PvdA een volwaardige met een fatsoenlijk salaris, waarmee mensen die ongewild langs de kant staan aan de slag kunnen. Als wijkhulp, beveiliger of speeltuinmedewerker. Maar in de diverse varianten die de ronde doen, gaat het toch meestal om vrij slechte arbeidsvoorwaarden: geen bijstand meer, maar een baan bij de gemeente tegen minimumloon.

Begin dit jaar adviseerden twee instanties het kabinet om naar de basisbaan te kijken. Als werk psychologisch en sociaal zo belangrijk is, kunnen we mensen niet 'afschepen' met een uitkering staat in een rapport van de Wetenschappelijk Raad voor het Regeringsbeleid.

Verplichtingen

Ook de commissie Borstlap nam de basisbaan op in haar advies. Ze deed dat in opdracht van het kabinetsonderzoek naar de toekomst van de arbeidsmarkt. Basisbanen zijn een variant op de oude Melkertbanen, maar dan zonder doorstroming naar regulier werk als doelstelling.

De moeilijkheid om de nadelen van de basisbaan te benoemen, is dat voorstellen over elkaar heen duikelen en politieke partijen verschillende uitgangspunten hebben en wetenschappers proefballonnetjes oplaten met een wisselende inhoud. Hier enkele nadelen van de basisbanen.

Allereerst is zo'n baan een capitulatie voor de onrechtvaardigheden op de arbeidsmarkt onder kapitalistische verhoudingen. Politieke partijen en wetenschappers richten zich op volledige werkgelegenheid en pleiten voor 'recht op werk voor iedereen'. Is dat niet mogelijk met een reguliere baan, dan met een basisbaan, noodzakelijk om te kunnen ontplooien.

Aan dit recht op werk zitten echter ook verplichtingen verbonden. In de praktijk bepaalt de 'klantmanager', al of niet in overleg met de betrokkene, welk werk geschikt is. De ervaring leert dat in de praktijk niets terechtkomt van uitgangspunten als zelf voorstellen mogen inbrengen, meewerken is een vrije keuze, redelijk overleg moet plaatsvinden. De klantmanager staat onder druk van bovenaf met 'te halen targets' en zet de werkzoekende vervolgens op haar/zijn beurt onder druk.

Er is geen vrijwillige keuze. De verplichting is om iedere gangbare arbeid te aanvaarden. Het begrip 'passende arbeid' is afgeschaft. Daar hoor je niemand over. De deur staat dus bij gemeentelijk beleid wagenwijd open naar gedwongen arbeid - dus op straffe van kortingen of zelfs uitsluiting van de uitkering om de dwang om een voorgestelde basisbaan te aanvaarden.

Geen beleidsinstrumentarium

De gemeenten die nu experimenteren met basisbanen beschikken niet over het beleidsinstrumentarium om de arbeidsmarkt te hervormen en ongelijkheden te bestrijden. In de praktijk kan dat averechts uitwerken. Mensen worden vaak niet geholpen, maar dieper het moeras in geduwd met onbeantwoorde vragen als:

* is volledige werkgelegenheid mogelijk, terwijl er geen economisch beleid wordt gevoerd om de markt te beïnvloeden en regulier werk te scheppen door bijvoorbeeld een industriepolitiek die de privatisering van publieke diensten terugdraait?

* is arbeidsbemiddeling, waarbij slechts maatregelen worden genomen om de werkzoekende bij te schaven en te disciplineren, meer dan via het marktmechanisme de vraag naar arbeid af te stemmen op het aanbod?

Zo niet, dan is volledige werkgelegenheid een illusie en is de basisbaan een onderschikking aan de markt. De gemeentelijke initiatieven om basisbanen, buurtbanen of uitstroombanen te creëren passen in de huidige onrechtvaardige situatie, rustend op een neoliberaal regeringsbeleid.

Mislukking

In de bestaande verhoudingen is het beleid mislukt om arbeidsongeschikten aan een reguliere baan te helpen. De streefcijfers die in het sociaal akkoord tussen vakbonden, werkgevers en overheid zijn afgesproken, worden lang niet gehaald. Nu wordt de basisbaan van stal gehaald om mensen toch perspectief te bieden. In het licht van de chronische massawerkloosheid kunnen werkgevers die vrijwel autonoom zijn in hun selectie- en personeelsbeleid, te kust en te keur kiezen voor de mensen die ze willen aannemen. En dat zijn degenen met de hoogste arbeidsproductiviteit. Discriminatie op de arbeidsmarkt van verschillende groepen tiert welig en maatregelen ertegen zijn volstrekt onvoldoende. Bovendien gaan werkgevers, concurrerend, in hun aannemings- en beoordelingsbeleid uit van zeer subjectieve, aanvechtbare criteria.

In sommige voorstellen geldt de basisbaan als aanvullend werk, assisteren bij regulier werk, dat geen bestaande betaalde arbeid mag verdringen en soms als vrijwilligerswerk gedaan wordt. Op zich is er niets tegen een baan als bijvoorbeeld speeltuinmedewerker, maar zeker onder slechte arbeidsvoorwaarden is de basisbaan een doekje voor het bloeden. Ondanks alle mooie woorden over zinvol werk, is het in de huidige situatie zwichten voor de arbeidsmarkt, omdat:

1) mensen met een beperkte arbeidsongeschiktheid niet aan het werk komen en uitgesloten zijn van uitkeringen voor arbeidsongeschiktheid, zodat ze gedumpt worden in de onleefbare bijstand,

2) met name jongeren aangewezen zijn op het flexibele segment van de markt met onderbetaalde baantjes, waaraan geen bestaanszekerheid te ontlenen is,

3) 'bevoorrechten' werken in een vast contract met een redelijk salaris, terwijl hun banen voor de twee andere groepen nauwelijks toegankelijk zijn - onderzoek leert dat wie aangewezen is op flexibele onderbetaalde arbeid, daar dikwijls niet uitkomt.

Recht op werk

De monomane ambitie van 'recht op werk', volledige werkgelegenheid en werk voor iedereen klinkt op het eerste gezicht als een mooie slogan. Maar komen er maatregelen die niet voorbijgaan aan de onrechtvaardige verhoudingen tussen arm en rijk? Een tweedeling in de samenleving tussen bevoorrechten en mensen die met bestaansonzekerheid moeten leven die het kapitalisme produceert. De slogans gaan volledig voorbij aan het feit dat de bijstand het afvoerputje is geworden voor de gaten in de verzekeringen voor arbeidsongeschiktheid, zodat in de bijstand duizenden zitten die geen betaald werk kunnen verrichten.

Politieke partijen houden hardnekkig de ogen gesloten. In plaats van aanvaarden dat nu eenmaal een bepaald percentage van de bevolking niet kan werken en daarvoor een goede sociale zekerheid ontwerpen, worden duizenden arbeidsongeschikten in de bijstand gezet. Telkens weer staan mensen onder druk door hen onnodig op te roepen voor gesprekken om aan het werk te gaan. Velen hebben daarvan de psychische gevolgen ondervonden. Slapeloze nachten, pillen slikken om overeind te blijven, angst het laatste vangnet te verliezen en zonder geld te komen zitten.

Deze uitzichtloosheid wordt versterkt door het feit dat in verschillende voorstellen de basisbanen tijdelijk zijn en gericht op uitstroom. Uitstroom onder de huidige arbeidsmarktverhoudingen en werkloosheid? De gecombineerde doelstelling van arbeidsbemiddeling en zinvolle arbeid in een tijdelijke baan zal bij velen de psychische problemen als gevolg van onzekerheid versterken. De twee wringen totaal. Dit staat in schril contrast met de mooie bestuurderswoorden over 'mensen helpen zich te ontplooien en perspectief te bieden via een werkgarantie'.

Alles hangt af van de uitwerking van de basisbaan: welk beleid onder welke voorwaarden. Er is alleen wat voor te zeggen, als het gebeurt in het kader van een rechtvaardig arbeidsmarktbeleid dat de genoemde driedeling tegengaat, als de deelname aan de basisbaan vrijwillig is, als een redelijk salaris betaald wordt met een regulier arbeidscontract en als bestaand vrijwilligerswerk omgezet kan worden in een basisbaan. Verder moet worden erkend dat vele arbeidsongeschikten in de bijstand niet kunnen werken. Voor hen moet een rechtvaardige sociale zekerheid worden ontworpen.

Maar waarom dan een basisbaan genoemd en niet gewoon een baan?

Dit is nummer 430 van Solidariteitcommentaar. We brengen veertiendaags een e-mail uit met brandend commentaar op actuele ontwikkelingen. Het commentaar verschijnt eveneens op onze webstek www.solidariteit.nl. De versie op de webstek is opgemaakt en eenvoudig te printen.

Vrienden en bekenden zijn welkom en kunnen zich gratis abonneren op ons elektronisch commentaar: www.solidariteit.nl/webzine.html.

of mail ons via redactie@solidariteit.nl.


zaterdag 20 maart 2021

Oproep om de Bijstandsbond te helpen bij een guerilla marketing campagne

Guerilla marketing is een techniek om met een beperkt budget aandacht, publiciteit en reacties op te roepen omdat je middels een origineel idee in de vorm van beeld, geluid en tekst het probleem, je standpunt of je organisatie naar voren brengt. Het is dan de bedoeling dat mensen via sociale media en mond tot mond reclame dit beeld of de tekst verder verspreiden en er een soort sneeuwbal effect ontstaat. Vervolgens kan de campagne aandacht genereren in de massamedia.

Een campagne voor guerilla marketing kan worden aangevuld met ludieke acties op straat of in gebouwen, ook flasmobs e.d kunnen er deel van uitmaken. (Flasmobs zijn oproepen op sociale media
om bij elkaar te komen op straat of elders in de openbare ruimte op een bepaald tijdstip) Hoewel het bijzonder geschikt is voor kleine organisaties om meer bekendheid te krijgen wordt de techniek niet versmaad door grote merken die wel een groot reclamebudget hebben. Zo organiseerde Zeeman (van de goedkope onderbroeken) undercover een deelname aan een zeerlk liet lopen met goedkope jurkjes van de Zeeman die in de winkel 15 euro kosten. De rijke bezoekers en bezoeksters van de dure modeshow lieten hun ahs en ohs horen en maakten bewonderend fotoos van de dure modeshow met gerennomeerde couturiers, waar een zogenaamd duur kledingmerk mannequins op de catwalk mooie kleding met hun dure Iphones. Na afloop van de show werd bekend dat het goedkope kleding van Zeeman was. Alles werd op film en in tekst vastgelegd en gepubliceerd op sociale media.

Het blijkt o.a. dat de Bijstandsbond vooral veel bekendheid geniet dankzij de informele netwerken waar de leden van haar achterban deel van uitmaken. Meer dan 50% van de respondenten geeft aan, dat zij op de hoogte zijn geraakt van het bestaan van de Bijstandsbond door mond tot mond reclame, en verwijzing door instanties, niet zozeer door media in welke vorm dan ook. Dit sterke punt willen we verder versterken door mensen meer redenen te geven van persoon tot persoon over de Bijstandsbond, haar standpunten en acties te vertellen.

Maar het maken van een campagne op basis van guerilla marketing is niet eenvoudig. Je moet originele dingen bedenken die aanspreken. Daarvoor hebben we jouw nodig. Heb jij een origineel idee, laat het ons weten. Heb je ideen voor leuke foto's teksten, spreuken, geluiden stuur het op naar gureillamarketing@bijstandsbond.org

donderdag 18 maart 2021

De verkiezingsoverwinning van D’66 en de VVD. Naar een ‘linksige’ politiek in kapitalistische verhoudingen?

De Nederlandse kiezers stemmen steeds meer op rechtse partijen terwijl de verkiezingsprogramma's de linksige kant op lijken te gaan. Althans wat betreft sociale zekerheid, hoogte van de lonen, uitgaven van de overheid voor o.a. gezondheidszorg en onderwijs, etc. Zeg maar het programma van D’66. Een belangrijk punt is hierbij de manier waarop de overheid haar burgers behandelt. De toeslagen affaire heeft op deze discussie een grote invloed. Het lijkt erop, dat veel kiezers o.a. zijn overgelopen van Groen Links naar D’66. Terwijl dit toch een heel andere partij is, die veel meer het marktdenken centraal stelt in haar beleid. Bovendien hebben de traditionele linkse partijen, SP, Groen Links en PvdA in totaal flink verloren. Kritiek op het marktdenken is ‘out’ terwijl dit in mijn ogen in veel gevallen toch de fundamentele oorzaak is van de problemen in de samenleving. 


paradox

Hoe de paradox van linksig beleid door rechtse partijen te verklaren? Politieke partijen, zoeken altijd naar een standpunt wat hen de meeste kiezers oplevert. Daarom eerst maar eens mijn mening over de standpunten van de meerderheid van de bevolking. Het is bekend, dat de overgrote meerderheid van de bevolking voor een progressief sociaal zekerheidsstelsel is, en rechtvaardige lonen en arbeidsvoorwaarden. Men wil ook een goed gezondheidszorg, onderwijs en een streng milieubeleid. De linksige programma's van de rechtse liberale politieke partijen lijken hierop aan te sluiten. In feite is het standpunt van de meerderheid, dat er hervormingen moeten plaatsvinden onder en binnen kapitalistische verhoudingen. De uitwassen van het kapitalisme moeten worden bestreden (Zie de voortdurende onthullingen in de pers ) en er moet een rechtvaardiger herverdeling van de rijkdom plaatsvinden. Dit wordt gecombineerd met het standpunt, dat de verbeteringen vooral ten goede moeten komen aan de 'eigen' bevolking, dus een streng tot zeer streng migratiebeleid, gepaard gaande met een tamelijk eenzijdige integratie van migranten in de Nederlandse samenleving, zodat het alleen aan de eigen bevolking ten goede komt. Politieke partijen sluiten op deze standpunten aan. De meeste mensen willen geen fundamentele hervormingen, en zien niet, dat bedrijven onder kapitalistische concurrentieverhoudingen streven naar grote winsten, die de goede doelstellingen belemmeren. Men focust op structureel overleg met de kapitalisten in het poldermodel, om via overleg en druk uitoefenen middels beperkte acties hen tot beleidswijzigingen te brengen. Daarom stemmen de mensen D’66, die de afgelopen periode deel uitmaakten van de regering en medeverantwoordelijk waren voor veel dingen die fout gingen. Daarbij wordt ook door de traditionele linkse politieke partijen breed de strategie gevolgd, evenals door sommige sociale bewegingen zoals de milieubeweging, dat eerst wel op zich radicale eisen worden gesteld, die in overleggen en onderhandelingen op tafel worden gelegd en waar dan compromissen uitrollen waar de kapitalisten mee kunnen leven. Voor een structurele hervorming van het kapitalisme is geen meerderheid te vinden. Je kunt ook stellen, dat dit discussiepunt in de verkiezingen nauwelijks een rol speelde.

Weinig invloed

De fundamentele kritiek op het kapitalisme van radicaal links heeft betrekkelijk weinig invloed. De kritiek is vaak op een hoog niveau, in wetenschappelijke of semi-wetenschappelijke moeilijk leesbare artikelen neergelegd, en er lijkt een kleine intellectuele elite te bestaan die de informatie in dit opzicht uitwisselt, moeilijk toegankelijk voor lager opgeleiden. Zij richten zich voor hun informatie op de oppervlakkiger massa-media, die zich richten op de bevolkingsgroepen die minder goed geletterd zijn en die geen belangstelling tonen voor de doorwrochte kritieken op het kapitalisme in het algemeen en het neoliberalisme in het bijzonder. Structurele kritiek op het neoliberalisme met zijn doorgeschoten marktdenken is er wel, maar de meeste mensen zien het marktdenken niet echt als een probleem, en aanvaarden de markteconomie als een noodzakelijke voorwaarde voor de productie van welvaart en welzijn. 30 jaar neoliberalisme met zijn voortdurende propaganda hebben een fundamentele marktkritiek er bij de bevolking uit geramd.

Piet van der Lende

zaterdag 13 maart 2021

Commentaar op de verkiezingen

 Ik richt mij tot de zwakkere, de kansarme, de kwetsbare, de minder bedeelde, de in de hoek gedrukte, zij die op de schopstoel zitten, de pechvogels, de in het verkeerde nest geborene , het pispaaltje, zij die altijd de dupe zijn, zij die zich in de steek gelaten voelende, de mensen zonder stem en al die anderen die zich aangesproken (kunnen) voelende woonachtigen in dit fijn landje.

Beste en lieve mensen, misschien zelfs vrienden

Waar zijn we in dit landje in vredesnaam mee bezig
Nog eventjes en we mogen weer naar de stembus. Keuze genoeg om je stem aan te geven. Vijfendertig partijen en partijtjes dingen naar onze gunst. Wat een waanzin, wat een gekkigheid. Wat een hemel schreiende ontwikkeling dat eigenlijk ook alleen maar in dit vrijzinnig en democratisch landje tevoorschijn komt. Kan het nog gekker, kun je voor iedere scheet die je dwars zit een politieke partij oprichten. Ja, het blijkt te kunnen. Het blijkt ook mogelijk te zijn om met al die onzinnig aantal politieke partijtjes, ons parlementaire stelsel de nek om te draaien.

Ik ben maar een gewone jongen, of eigenlijk al een gepensioneerde kerel uit Drenthe. Een prachtige provincie, een ieder die dit leest zal dat moeten en kunnen beamen. Nu schijnt het zo te zijn dat mijn dierbare provincie, als de kaarten goed vallen, één zetel in de Tweede Kamer weet te veroveren. Jammer, niet veel maar het kan me eigenlijk niets schelen. Waarschijnlijk missen we de juiste mensen die representatief genoeg zijn om Drenthe te vertegenwoordigen. Als ze er niet zijn dan moet je er ook niet langer over zeuren.
Anders ligt dat bij het aantal partijen die vragen om mijn stem. Ik ben daar best wel pissig over. Mijn van nature vrolijk- en nuchterheid wordt aangetast door mensen die mij op het verkeerde been willen zetten. Mensen die puur gebruik willen maken van ieders ongenoegen, deze verzamelen om er dan een politieke programma van te maken. Een programma dat ertoe dient om velen het idee te geven dat zij bij deze mensen het Paradijs kunnen vinden. Anders gezegd; een programma met de bedoeling om mensen een rad voor de ogen te draaien.
Lieve mensen, ik ga geen namen noemen. Lieve en beste mensen ik wil u alleen vragen om er niet in te trappen. Ik wil u waarschuwen voor de onwerkbare situatie in de Tweede Kamer als dit verschijnsel zich weet door te zetten. Gooi uw stem niet te grabbel door op één van die onzinnige en overbodige partijtjes met mooie beloftes te stemmen. Stem voor jezelf, stem voor jouw eigen portemonnee, stem voor realisme. Stem voor een werkbare Tweede Kamer.

Ik geloof niet meer zo zeer in het links of rechts denken. Nederland is daarvoor te ingewikkeld geworden. Ik geloof wel in ongelijkheid in kansen, ik geloof in tweedeling op diverse terreinen binnen onze samenleving. Er ontstaan kloven die met veel moeite misschien nog te overbruggen zijn. Onze samenleving vraagt daarom om bruggenbouwers. Mensen die oog hebben voor hen die niet dagelijks in de schijnwerpers staan en hun successen mogen vertellen. Mensen die oog hebben voor ordinaire mensen zoals u en mij. Het gaat mij er voor de komende vier jaar bijvoorbeeld om dat die 14 euro minimumloon erdoor komt. Het gaat mij erom dat de Tweede Kamer de mogelijkheden krijgt om haar controlerende taak uit te voeren. Het gaat mij er om de regering een halt toe te roepen kan worden wanneer zij teveel naar het kapitaal overhellen. Ik wil dat mijn inkomen veiliggesteld wordt. Ik wil die dingen die passen bij de gewone man, de uitkeringsgerechtigde, passen bij voor het minimumloon werkende mensen, de gepensioneerden en al die anderen die afhankelijk zijn van een vertegenwoordiger die oog heeft voor hun echte beslommeringen.

Ja, sommige partijen zijn in het verleden ongelooflijk van het paadje geraakt. Zij hebben daarvoor een zware tol betaald. Zij zijn op een nog nooit vertoonde manier afgestraft door hun eigen basis. Ik ga ervan uit dat ze geleerd hebben. Dat ze weer de verantwoordelijkheid willen nemen voor besluiten die passen bij de leefwereld van hun kiezers aan de basis. Mocht het zo zijn dat ze er niets van opgestoken hebben, dan zou dat het failliet betekenen voor een belangrijke partij die voor onze belangen op zou moeten komen. Ik geloof in het vermogen om te leren van gemaakte fouten.
We zijn inmiddels dus weer vier jaar verder. We zijn weer vier jaar aan ervaringen rijker. Als we de zware gordijnen van teleurstelling en boosheid opzij schuiven dan valt wel iets op. Als we het wantrouwen van de ramen wassen dan wordt daar een toekomst zichtbaar. Een mogelijke toekomst opgebouwd uit de heldere ervaringen van de afgelopen tien jaar, maar zeker ook van de laatste vier jaar. De afgelopen jaren hebben laten zien dat de kloof tussen kapitaal en besteedbaar inkomen van de werkenden dieper is geworden. Het onvermogen om signalen uit de samenleving passend te beantwoorden heeft ongelooflijke drama’s veroorzaakt. Horende doof en ziende blind dendert het slagschip Nederland door de golven, ten koste van hen die zich niet kunnen vasthouden.

We hebben vier jaren van centrum rechts of neo-liberaal beleid achter de rug. Ondanks de Corona; het gaat goed met Nederland. Helaas geldt dit niet voor iedereen. Het geldt niet voor hen die van het minimumloon moeten rond zien te komen. Het geldt niet voor hen die vanwege de Participatiewet geen toegang krijgen tot de beloofde arbeidsmarkt. Het geldt niet voor hen die aan het werk zijn met een flexibel arbeidscontract. Het geldt niet voor de ZZP-ers die deze vorm van werken hebben gekozen vanwege een gebrek aan vacatures op basis van cao’s. Het geldt niet voor mensen met een ‘niet Nederlandse’ achternaam. Het geldt ook niet voor al die mensen die van de één of andere uitkering afhankelijk zijn. AOW-ers, WAO-ers, zeker de Wajongeren, de uitkeringsgerechtigden. Allemaal mensen zonder een sterk vertegenwoordigend orgaan in Den Haag of publiek pressie- of chantagemiddel. Lijdzaam toezien hoe over hun leefwereld wordt beslist is hun lot. Dat is mijn lot, en misschien is dat uw lot.

Wat te doen
Stemmen. Ondanks alle teleurstelling, kwaadheid, wantrouwen of ongeloof toch gaan stemmen. En dan niet je stem afgeven aan die partijen die verdeeldheid zaaien. Stem op die partijen waar wij, gezamenlijk als onthande burger, ons terug kunnen vinden door hun beleid. Ondanks de fouten uit het verleden is daar toch een spectrum aan partijen waar onze stem serieus telt. Partijen die het misschien zo bont hebben gemaakt dat we flink en met moed over ons hart moeten strijken.
Bij partijen van SP tot en met D’66 is de kans groter dat onze belangen worden meegenomen. Immers, neem maar van mij aan, wij krijgen het echt niet beter door barrières op te richten aan de grenzen. Ons belang zit bij die partijen die de bestaande middelen eerlijker willen verdelen. Door de arbeidsmarkt toegankelijker te willen maken voor ons die gedwongen langs de kant moeten toekijken. Door een samenleving vorm te geven waarin iedereen de regels en wetten gelijk gelden ongeacht tot welke groep men behoort. Nogmaals mijn wens aan u; Ga toch vooral stemmen. Niet op die talrijke kleine partijtjes, het zijn speelballetjes voor die grote reus wanneer het hem uitkomt. Laat uw stem een bouwsteen zijn voor een sterkere oppositie. Een oppositie die ook donders goed moet weten dat een innige samenwerking absoluut noodzakelijk is als zij willen doen waar zij zeggen voor te staan

Met vriendelijke groet en veel wijsheid toegewenst
Aaldert de Jong