maandag 21 mei 2018

60% wereldbevolking werkt in informele economie

Uit een recent ILO rapport “Women and men in the informal economy: A statistical picture” blijkt dat 2 miljard mensen, meer dan 61% van de werkende bevolking in de wereld, hun inkomen verdienen in de informele economie. De ILO benadrukt dat een overgang naar de formele economie een voorwaarde is om fatsoenlijk te realiseren werk voor iedereen.

Het ILO rapport geeft een overzicht van de omvang van de informele economie en een statistisch profiel van informaliteit met criteria uit meer dan 100 landen. In Afrika is 85,8% van de werkgelegenheid informeel. Het aandeel bedraagt 68,2% in Azië en de Pacific, 68,6% in de Arabische staten, 40% in Noord en Zuid Amerika en 25,1% in Europa en Centraal-Azië. Uit het rapport blijkt dat 93% van de informele banen in de wereld zich in opkomende en ontwikkelingslanden bevindt.

Informele werkgelegenheid is een grotere bron van werkgelegenheid voor mannen (63%) dan voor vrouwen (58,1%). Vrouwen zijn daarentegen meer dan mannen blootgesteld aan informele tewerkstelling in de meeste lage- en middeninkomenslanden en worden vaker aangetroffen in de meest kwetsbare situaties.

Opleidingsniveau blijkt een sleutelfactor. Ook hebben mensen die op het platteland wonen, bijna twee keer zoveel kans op informele tewerkstelling als mensen in stedelijke gebieden. De landbouw is de sector met het hoogste niveau van informele werkgelegenheid (geschat op meer dan 90%).

Het rapport laat zien dat, hoewel niet alle informele werknemers arm zijn, armoede zowel een oorzaak als een gevolg is van informaliteit.

Er zijn dringend maatregelen nodig, aldus 1 van de auteurs, Florence Bonnet:

“There is an urgent need to tackle informality. For hundreds of millions of workers, informality means a lack of social protection, rights at work and decent working conditions, and for enterprises it means low productivity and lack of access to finance. Data on those issues are crucial for designing appropriate and integrated policies that are tailored to the diversity of situations and needs.”



zaterdag 19 mei 2018

Reactie SP op het gebruik van stroomstootwapens in GGZ instellingen

Onlangs schreef ik enige artikelen over het gebruik van stroomstootwapens in de gezondheidszorg door de politie en de manier waarop daklozen behandeld worden. Ik constateerde daarbij dat een meerderheid van de Tweede Kamer tegen het gebruik van stroomstootwapens is, evenals Anesty International, maar dat de SP tegen een motie in de Tweede Kamer stemde die het bgebruik van het wapen aan banden wilde leggen. Er is nu een reactie binnengekomen van de SP Die reactie vind je hieronder.


Hartelijk dank voor je mail. De reden dat wij destijds niet voor deze motie hebben gestemd is omdat op dit moment nog niet duidelijk genoeg is op welk moment welk middel kan worden ingezet om de veiligheid van mensen te waarborgen. GGZ-instellingen doen een beroep op de politie als de veiligheid van cliënten en het personeel in het geding is. Wat wordt aangegeven is dat de politie het stroomstootwapen inzet als alternatief voor het gebruik van het dienstwapen. Dus om te voorkomen dat je moet schieten, kan een stroomstootwapen gebruikt worden.

In september vorig jaar gebruikte de politie het pistool om een patiënt van een GGZ-instelling in Castricum in het been te schieten nadat deze met een mes een beveiliger te lijf was gegaan. Dat gaat heel ver, een kogel kan blijvende schade of invaliditeit veroorzaken. Een stroomstootwapen had misschien (en misschien ook niet) in dit geval uitkomst geboden.  We weten niet of dit wapen als alternatief kan worden ingezet, daarom loopt nu het onderzoek.  

Wij zijn het helemaal eens dat de inzet van geweld in de psychiatrie zoveel mogelijk vermeden moet worden.  Daar is het personeel en ook de politie zich zeer van bewust. Als SP zetten wij daarom in op preventie en steunen we juist de succesvolle projecten die laten zien dat - zonder te separeren, fixeren of andere dwangmiddelen toe te passen - escalatie van conflicten voorkomen kan worden. Maar dat neemt niet weg dat er situaties kunnen voorkomen waarin patiënten en medewerkers acuut in gevaar komen. Dan grijpt de politie is, en als het aan de SP ligt moet daar als het even kan nooit het dienstwapen voor gebruikt worden. Of een stroomstootwapen daarbij helpt is maar zeer te vraag, wij zijn daar zeker nog niet van overtuigd. Maar dat is dus de reden dat wij het onderzoek willen afwachten. Niet omdat we zo vóór de inzet van stroomstootwapens in de zorg zijn, maar omdat we willen weten of het als alternatief voor het gebruik van het pistool nuttig en minder schadelijk kan zijn.

Met vriendelijke groet,
Maarten Hijink
Tweede Kamerlid SP

dinsdag 1 mei 2018

Problemen met verdienen naast je bijstandsuitkering. Recht op bijzondere bijstand!

Er zijn mensen in de bijstand die bijvoorbeeld 15 uur part-time werken. Dat is onvoldoene om van te leven in veel gevallen, zeker met de lage lonen die we in Nederland in veel sectoren hebben. Dus je kunt aanvullende bijstand krijgen tot het voor jou geldende sociale minimum. Daarbij kun je gebruik maken van de bijverdienste regelingen in de Participatiewet. Die bijverdienste regelingen kun je vinden op overlevingsgids.net op pagina  en op deze pagina .

knelpunt

Maar vaak kan het misgaan met dat verdienen naast je uitkering. Zo wordt bijvoorbeeld op het loon de algemene heffingskorting toegepast en de bijstand wordt dan netto aangevuld. En aan het einde van het jaar wordt de netto bijstandsuitkering gebruteerd. Vaak wordt dan ook nog eens een keer de algemene heffingskorting bij de bijstand ook toegepast. Met andere woorden: de algemene heffingskorting wordt dan twee keer toegepast, op het loon en op de bijstandsuitkering. De belastingdienst verplicht je dan aangifte te doen, met als gevolg een aanslag van de belastingdienst van vaak meer dan 900 euro. Je moet als het ware een stuk heffingskorting terug betalen.

bijzondere bijstand

Wat je dan moet doen is met de aanslag van de belastingdienst bijzondere bijstand aanvragen. Deze moeten ze in behandeling nemen en toewijzen. Veel mensen weten dit niet. Onze ervaring is, dat klantmanagers er niet pro actief op wijzen dat je recht hebt op bijzondere bijstand, zoals ze soms ook niet de klant erop wijzen dat die in aanmerking komt voor de bijverdienregeling in de Participatiewet. Het kan wel zo zijn, dat de sociale dienst er wel rekening mee houdt, dat bij het betaalde werk de heffingskorting wordt toegepast. Dan heb je geen probleem. Maar in veel gevallen gebeurt dat dus niet

Piet van der Lende