zaterdag 4 maart 2017

Heb je klachten over Flextensie?

Bijstandsgerechtigden, kom in actie tegen de uitbuiting door het bedrijf Flextensie en meld je klachten! Werk jij via de Flextensie-constructie of dreig je dat te moeten gaan doen? Ken je baanlozen die via Flextensie werken of hebben gewerkt? Lees dan deze oproep: http://www.doorbraak.eu/bijstandsgerechtigden-kom-actie-uitbuiting-flextensie-en-meld-klachten En mail: dwangarbeid@doorbraak.eu

Belastingvoorlichting

Belastingvoorlichting voor uitkeringsgerechtigden

Georganiseerd door de BWZ Zaanstreek en de Bijstandsbond

Gratis informatiebijeenkomsten over uw inkomstenbelasting en toeslagen (en de wijzigingen per 2016 en 2017)

op D.V. donderdag 9 maart a.s.

-om 14 uur bij de Bijstandsbond, TET-theater

ingang Da Costakade 162 1053 XD Amsterdam en

-om 19.30 uur bij “Bij Simon de Looier”

ingang Looiersgracht 70-72 1016 VT Amsterdam

Deze bijeenkomsten zijn bedoeld voor alle uitkeringsgerechtigden, ook voor diegenen die nog weinig ervaring hebben met hun aangifte inkomstenbelasting en/of toeslagen of om welke reden dan ook geen gebruik van toeslagen meer durven te maken. Deelname is geheel vrijblijvend. Binnen de grenzen der wet geven wij tips om zo weinig mogelijk belasting te betalen of zoveel mogelijk geld terug te krijgen.

Presentatie door belastingdeskundigen Martin Suer RB en/of Jan van Zaane RS van de BWZ. Duur 1,5 a 2 uur. Aanmelden mag maar is niet verplicht.

BWZ, voor alle Zaanse uitkeringsgerechtigden: bwz-online@hetnet.nl www.bwz-online.nl 075-6178497

Bij Simon de Looier: amsterdam@bijbelcentrum.nl www.bijsimondelooier.nl 020-6227742

Bijstandsbond Amsterdam: info@bijstandsbond.org www.bijstandsbond.org 020-6898806

vrijdag 3 maart 2017

Belangstelling van Een Vandaag TV voor bericht over bijverdienen en de Participatiewet


Er komen signalen binnen bij de Bijstandsbond dat gemeenten de bijverdienregeling in de Participtiewet zoals die standaard in de wet staan omschreven (en die ze dus gewoon op iedereen moeten toepassen) niet uitvoeren en saboteren, bv door eerst in een indringend gesprek met een klantmanger te onderzoeken of je er wel voor in aanmerking komt en dan redenen zoeken om het af te wijzen of eenvoudigweg erop speculeren dat de betrokkene het toch niet weet. Dat is kassa voor de gemeenten, want dan kunnen ze besparen op de uitkering nl het verschil tussen wat je eigenlijk zo mogen houden en een lagere uitkering.

Ook zijn er bijstandsgerechtigden die als ZZP-er of op andere wijze in een deeltijdbaan met betaald werk geld proberen te verdienen, en die ver beneden het bestaansminimum zakken, omdat de sociale diensten niet goed kunnen omgaan met de verrekeningen. Uitkeringen worden onterecht stop gezet, wisselende inkomsten worden verkeerd verrekend, etc.

De berichten en klachten hierover hebben de belangstelling gewekt van het TV programma Een Vandaag die een onderzoek willen instellen naar de omvang van het probleem en die er dan een TV uitzending over willen maken. Ze hebben mij gevraagd mensen te benaderen die hierover zouden willen vertellen, niet om op de televisie te komen maar om de omvang en aard van het probleem in kaart te brengen en de achtergronden in beeld te krijgen. Iedereen die hierover zou willen vertellen roep ik op contact met mij op te nemen, dan kan ik dat volgende week doorgeven aan Een Vandaag.

Piet van der Lende

pvdlende@dds.nl

06-82361876

donderdag 2 maart 2017

Bijeenkomst van de FNV in de Burcht te Amsterdam naar aanleiding van de verkiezingen. Op woensdagmiddag 1 maart 2017.



Er was een inleiding van professor Gijsbert Vonk en een discussie aan de hand van stellingen met 4 kandidaat kamerleden en de zaal. Dit wordt een subjectief verslag en een impressie met wat ik zag als eye openers. De aamwezige kamerleden waren Sadet Karabulut van de SP, de heer Ă–zdil van Groen Links, Don Ceder van de Christen Unie en Joke de Kock van de Partij van de Arbeid. De discussie stond onder leiding van Frenk van der Linden en ook Ruud Kuin, vicevoorzitter van de FNV deed af en toe een duit in het zakje. Vanuit de zaal kwam veel het principe van het basisinkomen aan de orde, gedeeltelijk vanuit het standpunt van FNV uitkeringsgerechtigden.

Het bleek echter, dat geen van de 4 aanwezige partijen daar voorstander van was. Karabulut zei dat ze tegen was, oa omdat dan de miljonairs ook een basisinkomen krijgen, en ze is meer voor een drastische herverdeling van inkomen en werk en een sociaal leefbare bijstand. Met wel afschaffing van allerlei zinloze strafmaatreglen en boetes en herstel van de oude sociale werkplaatsen voor gehandicapten. De vertegenwoordigster van de Partij van de Arbeid zag ook weinig in een basisinkomen, maar was wel voor experimenten met een regelvrije bijstand om te kijken welke inrichting vand e sociale zekerheid het best werkt. De vertegenwoordiger van de Christen Unie liet zich uit in gergelijkbare bewoordingen, waarbij hij de inspannigsverplichting die werklozen cq bijstandsgerechtigden nu hebben zou willen handhaven, maar wel op een humanere manier op basis van maatwerk.

De vertegenwoordiger van Groen Links benadrukte, dat het congres van Groen Links tegen een onvoorwaardelijk basisinkomen heeft gestemd op basis van verschillende argumenten. Een van de argumenten die hij noemde, en die op het verkiezingscongres van Groen Links een belangrijke rol schijnt te hebben gespeeld, begreep ik niet helemaal, of hij heeft het onduidelijk utigelegd. Er zijn namelijk mensen, die niet goed voor zichzelf kunnen zorgen, die bijvoorbeeld budgetbeheer en zo nodig hebben en een intensieve begeleiding en het is geen oplossing om die mensen zomaar een zak met geld te geven of er naast te zetten. Wat dat dan volgens hem betekende naar de mensen toe qua rechten en plichten kwam niet erg uit de verf, er werd door Frenk van der Linden een soort alarmbel gehanteerd, waarbij de verschillnede bijdragen aan de discussie soms werdne beperkt tot anderhalve mnuut.

Ook professor Vonk zoekt de oplossing niet zozeer in een basisinkomen, maar in de uitbreiding van het huidige toeslagenstelsel, zoals de kindertoeslag, de huurtoeslag en de zorg toeslag en het kindgebonden budget. Met daarnaast allerle belastingkortingen. Zo'n stelsel zou zodanig kunnen worden uitgebreid tot wat hij noemde een gegarandeerd minimuminkomen, dat de huidige bijstand totaal kan worden afgeschaft. Een en ander zou niet moeten worden uitgevoerd door de gemeenten, maar door een uitbreiding van de belastingdienst. Een grote oorzaak van het bashen van bijstandsgerechtigden en hen koeioneren is volgens professor Vonk, dat mensen in de bijstand als mensen die ondersteuning nodig hebben of geen werk kunnen vinden of schulden hebben identificeerbaar zijn waarop allerlei denigrende opmerkingen en vooroordelen kunnen worden lostgelaten. De 'bijstandstrekkers'. Een toeslagen stelsel heeft enerzijds als voordeel, dat ook middengroepen ervan profiteren, en dat qua vermogenstoets er sprake is van een glijdende schaal, en anderzijds dat er geen makkelijk identificeerbare groep meer bestaat. Professor Vonk heeft deze week een onderzoeksvoorstel ingediend om de voorstellen van een nieuw toeslagen stelsel nader uit te werken.

Het bleek dat de kamerleden de voorstellen van de FNV uitkeringsgerechtigden nog niet goed hadden bestudeerd. Het veelgehoorde argument, dat alle kamerleden ook aanvoerden, is dat een onvoorwaardelijk basisinkomen betekent, dat ook een miljonair een basisinkomen krijgt van de staat. En die man of vrouw heeft al geld genoeg, aldus de kamerleden, we moeten de drastische ongelijkheid in inkomens tegengaan. Iemand uit de zaal weerlegde in enkele bewoordingen dat argument, waaruit bleek dat de kamerleden er nog niet goed over nagedacht hadden. Je kunt namelijk in combinatie met een onvoorwaardelijk basisinkomen om dat te financieren een progressief belastingstelsel invoeren. De miljonairs betalen dan als het ware zelf hun eigen basisinkomen. Dat heeft het grote voordeel ten opzichte van een voorwaardelijk basisinkomen, bv rijken krijgen het niet, dat je geen heel grote bureaucratie hoeft op te tuigen naast het belastingstelsel dat nu al bestaat om te beoordelen of iemand voor een basisinkomen in aanmerking komt aan de hand van het inkomen dat iemand heeft.

Tijdens de discussie werd actie gevoerd door een comite van 50 plussers, het actiecomité Voet tussen de Deur, die aandacht vroegen voor de positie van ouderen op de arbeidsmarkt, die vaak kansloos zijn. Hun kansen moeten worden verbeterd. De actiegroep organiseert regelmatig flashmobs voor hun belangen. Zo hielden ze een flasmob bij VNO/NCW en MKB Nederland. Hun lied is 'start me up' van de Rolling Stones. Ze kwamen op de proppen met een hele grote voet, die moest symboliseren dat ook ouderen op de arbeidsmarkt een voet tussen de deur moeten krijgen. Applaus, maar een van de aanwezigen in de zaal was het er niet mee eens. Ze gaf aan, dat ze de workshop rouwverwerking van de werkloosheid van de FNV had gevolgd, en dat ze zich eerst had suf gesolliciteerd, maar dat er al spoedig gezondheidsklachten kwamen, en dat ook andere deelnemers aan de workshop dat hadden. Ze hebben toen geconcludeerd: ergens moet je er op een gegeven moment een punt achter zetten. Hou toch op actiegroep met het najagen van de illusie dat wij wel een keer weer aan het werk komen. Geef ons onze gezondheid terug. De politici benadrukten, dat de uitvoering van de Participatiewet te ver is doorgeschoten en dat maatwerk moet worden geleverd. Ook werd naar voren gebracht, dat er vroeger VUT-regelingen bestonden en dat die zijn verdwenen. Karabulut zei dat we moeten stoppen met de zinloze sollicitatiecarroussel, waarbij de uitzichtloosheid wordt georganiseerd. Regelingen voor vervroegde uittreding moeten weer worden ingevoerd. Ook is het krankzinnig dat de AOW naar 67 en ouder is gegaan. Dat moet terug naar 65, waarbij degneen, die langer willen werken dat ook moeten kunnen. De mensen op het minimum moeten meer bestedingsruimte krijgen, drie kwart van de bijstandsgerechtigden leeft op of onder het de armoedegrens. De uitkeringen en het Wettelijk Minimum Loon moeten met 10% verhoogd worden.

Hoewel Ruud Kuin zei voorstander te zijn van een veel socialere bijstand, waarbij hij zelfs de uitdrukking 'stop de sollicitatieplicht'in de mond nam, noemde hij toch ook wat bedenkingen tegen de weg van strijden voor een basisinkomen. Er moet niet alleen naar het inkomen worden gekeken, maar ook belangrijk is een drastische herverdeling van de arbeid. En wat de positie van de vakbeweging betref: hij zei dat het hem niet zozeer ging om de FNV, zijn eigen winkeltje, maar dat het wel zo is, dat bij de acties voor behoud van de AOW en ook bij de strijd tegen het werken met behoud van uitkering gebleken is, dat de mensen die het betreft zeer moeilijk tot niet te organiseren zijn. Daarom zal het centraal stellen van meer banen, de arbeidsvoorwaarden en de belangen van de werklenden en meer werk en een drastisch andere bestrijding van de werkloosheid altijd voorop moeten staan en daarmee de organisatie van mensen die werk hebben. De huidige situatie op de arbeidsmarkt tast de positie van de vakbeweging aan.

Hoewel dat laatste natuurlijk belangrijk is, is het een wat merkwaardig geformuleerd argument in mijn ogen. Volledige werkgelegenheid of reductie van de werkloosheid tot aanvaardbare proporties is een illussie in het licht van de robotisering van de industrie en straks ook de zorgsector en we leven in een tijd waarin niet alleen in tijden van crisisi de massa werkloosheid toeneemt, maar ook in tijden dat bij herstel van de kapitalstische economie er een baanloze groei is. De oorzaak van de verzwakte positie van de vakbeweging is juist dat er mondiaal en nationaal een steeds groter surplus aan arbeidskrachten is gaan ontstaan die een loondrukkende werking heeft en die de positie van de (georganiseerde) werkenden uitholt. De oorzaak daarvan is dat dit surplus aan arbeidskrachten gedwongen is zichzelf op de arbeidsmarkt beneden de CAO voorwaarden aan te bieden, omdat de loonarbeid, voor mensen die geen andere reserves hebben en die zijn 'bevrijd'van bezit van productiemiddleen, de hoofdmanier is om een redelijk inkomen te verwerven en/of te overleven. Het beleid van de staat, van Participtiewetcontroles tot grenscontroles, is een beleid om het surplus dat geen waarde heeft voor het kapitaal te managen, niet om het probleem op te lossen. In feite zit links in Nederland ook gevangen in de neoliberale logica van het managen van het overbodig surplus, door discussies aan te gaan over reguleringen van wie wel en niet toegang heeft tot de Nederlandse arbeidsmarkt.

Wanneer het surplus door middel van basisinkomenachtige regelingen niet meer onder die druk staat, kan dit de positie van de werkenden en de vakbonden alleen maar versterken. Het streven naar een vollediger werkgelegenheid op basis van herverdeling van arbeid en meer kansen voor werkzoekenden door aan hem te sleutelen of het invoeren van toegangsregelingen tot de Nederlandse arbeidsmarkt door middel van werkvergunningen zal het bestaan van het grootste deel van het surplus aan overbodige arbeidskrachten niet fundamenteel veranderen. En dat betekent dat onder druk van de omstandigheden duizenden er alles voor over hebben om al is het in ellende te overleven. Meewerken aan dergelijke toegangsregelingen betekent meewerken aan het illegaliseren van duizenden, die onder nog slechtere omstandigheden arbeid zullen verrichten in Nederland. Zo goedkoop voor de werkgevers dat ze lachen om de boetes die een overbelaste Arbeidsinspectie hen oplegt, waarbij die Arbeidsinspectie contant achter de feiten aanloopt, hoe groot zij ook gemaakt wordt. En een steeds machtelozer vakbeweging, die machteloos staat tegenover de uitbuitingspraktijken van de bazen. Het verleden vanaf de zeventiger jaren heeft bewezen, dat dit de uitkomst is van een dergelijk beleid in sommige bedrijfstakken. Althans zo denk ik erover. De vakbeweging hinkt nu teveel op twee gedachten: enerzijds ernaar streven, mensen die weinig kansen meer hebben of ouder zijn vrijstellen van sollicitatieplicht en andere verplichtingen op basis van maatwerk, waarbij naar voren wordt gebracht dat andere dingen dan betaald werk en ook onbetaald werk belangrijk zijn, anderzijds nog steeds de verheerlijking van de betaalde arbeid als enig zaligmamakende weg naar inkomensverwerving en ontplooiing. Het wordt tijd dat de vakbeweging als geheel kiest voor een leefbaar, onvoorwaardelijk basisinkomen. Maar de pleidooien voor toegangsregelingen tot de Nederlandse arbeidsmarkt door middel van een nieuw stelsel van werkvergunningen van o.a Ruud Kuin, maken mij niet optimistisch. Hij kondigde aan in dit kader dat van de zomer een grote campahgne gaat beginnen voor dergelijke regelingen en tegen de afbraak van de arbeidsvoorwaarden 0 uren contracten en flexibiliering van de arbeid.

Piet van der Lende

donderdag 16 februari 2017

Verkiezingsdebat FNV

FNV Uitkeringsgerechtigden nodigt je uit voor het verkiezingsdebat over de Toekomst van de Sociale Zekerheid.

Aanwezig zullen zijn (kandidaat) Tweede Kamerleden van PvdA, Groen Links, ChristenUnie, SP, CDA en D66.
Aan de hand van stellingen over het verplicht moeten werken zonder loon en daardoor de verdringing van vast werk, de bejegening van uitkeringsgerechtigden en het invoeren van een basisinkomen, om te beginnen voor Bijstandsgerechtigden.
Het debat staat onder leiding van Frenk van der Linden.

De middag begint met een schets over de Sociale Zekerheid door Gijsbert Vonk,
hoogleraar Sociale Zekerheid aan de Universiteit van Groningen.
Hij is ervan overtuigd dat de Sociale Zekerheid stevig moet veranderen. Zijn verhaal gaat over waarom dat moet en hoe dat kan.

De middag eindigt met een kort gesprek met Ruud Kuin, vice voorzitter FNV.

Verkiezingsdebat over de Toekomst van de Sociale Zekerheid
Woensdag 1 maart 2017
Inloop vanaf 13.30 uur, programma vanaf 14.00 uur
Locatie: De Burcht, Henri Polaklaan 9 te Amsterdam
Gratis toegang
Opgave voor 22 februari bij rac-amsterdam@fnv.nl
Er is een beperkt aantal plaatsen beschikbaar die op basis van het moment van de ontvangst van de ontvangen aanmelding, verstrekt worden.

We hopen jullie dan te ontmoeten,
Met vriendelijke groet,

Sectorbestuur

FNV Uitkeringsgerechtigden

dinsdag 14 februari 2017

Belasting voorlichting voor uitkeringsgerechtigden

Georganiseerd door de BWZ Zaanstreek en de Bijstandsbond

Gratis informatiebijeenkomsten over uw inkomstenbelasting en toeslagen (en de wijzigingen per 2016 en 2017)

op D.V. donderdag 9 maart a.s.

-om 14 uur bij de Bijstandsbond, TET-theater
ingang Da Costakade 162  1053 XD  Amsterdam
en

-om 19.30 uur bij “Bij Simon de Looier”
ingang Looiersgracht 70-72  1016 VT  Amsterdam

Deze bijeenkomsten zijn bedoeld voor alle uitkeringsgerechtigden, ook voor diegenen die nog weinig ervaring hebben met hun aangifte inkomstenbelasting en/of toeslagen of om welke reden dan ook geen gebruik van toeslagen meer durven te maken. Deelname is geheel vrijblijvend. Binnen de grenzen der wet geven wij tips om zo weinig mogelijk belasting te betalen of zoveel mogelijk geld terug te krijgen.

Presentatie door belastingdeskundigen
Martin Suer RB en/of Jan van Zaane RS
van de BWZ. Duur 1,5 a 2 uur.
Aanmelden mag maar is niet verplicht.

BWZ, voor alle Zaanse uitkeringsgerechtigden:
bwz-online@hetnet.nl  www.bwz-online.nl 075-6178497
Bij Simon de Looier:  amsterdam@bijbelcentrum.nl   www.bijsimondelooier.nl  020-6227742
Bijstandsbond Amsterdam: info@bijstandsbond.org   www.bijstandsbond.org   020-6898806

donderdag 2 februari 2017

Schandelijke actie UWV


Alle mensen met een Wajonguitkering die daarnaast inkomen ontvangen hebben vorige week een brief gekregen van het UWV. Het UWV is in die brieven van oordeel, dat de Wajonger loonvormende arbeid kan verrichten omdat hij een inkomen heeft naast de Wajong. En daarom zal de uitkering per 1 januri 2018 worden verlaagd van 75% naar 70% dus naar bijstandsniveau. Je kunt deze verlaging voorkomen als je binnen drie weken informatie verstrekt dat je een AWBZ indicatie hebt. Mensen met zo’n indicatie zitten bijvoorbeeld in een gezinsvervangend tehuis. Deze mensen werken vaak al jaren als zeer zwaar gehandicapte op een sociale werkplaats en hebben daaruit inkomen. Deze mensen zijn niet tot loonvormende arbeid in staat. Het werk wat ze doen wordt ook wel dagbesteding genoemd. Van deze mensen wordt als ze niet binnen drie weken reageren, automatisch hun uitkering verlaagd, en gaan ze automatisch terug naar bijstandsniveau. Dit is een schandelijke actie. Het UWV kan uit zijn eigen dossiers opmaken, of mensen tot loonvormende arbeid in staat zijn en als ze twijfelen, kunnen ze de mensen herkeuren. Maar op deze manier worden mensen die zichzelf moeilijk kunnen verdedigen automatisch op bijstandsniveau gebracht. Dergelijke ‘piepsystemen’ om bezuinigingen te kunnen doorvoeren zonder deugdelijke beoordeling betekenen onterechte verlagingen van uitkeringen

vrijdag 27 januari 2017

Workshop basisinkomen bij de Bijstandsbond


Er zijn geen historische maatschappij formaties waar er altijd fatsoenlijke werk voor iedereen was en waar er geen discriminatie was in verschillende vormen. Het basisinkomen is bewust bedoeld als fundamentele maatregel voor sociale rechtvaardigheid voor alle mensen. En dat is een teken van echte democratie. Het woord democratie bestaat uit twee gedeelten. Demos en cratia. Dus dat is volk en creëren. Democratie word gecreëerd door het hele volk niet door een klein gedeelte - de politici. Dit duidt erop dat ons parlementaire stelsel de democratie niet werkelijk als fundament heeft. Voor andere alternatieven organiseer ik op 3 februari een lezing over Basisinkomen en sociale rechtvaardigheid, bij de Vereniging Bijstandsbond Amsterdam, Da Costakade 162, om 18:00. 020-6898806. info@bijstandsbond.org

Petar Kapralov

woensdag 25 januari 2017

Flexibel met Flextensie: goedkoper kunnen we het niet maken


Anja Eleveld, onderzokster en wetenschappelijk medewerkster aan de Vrije Universiteit, heeft een artikel geschreven over de uitzendconstructie van het bedrijf Flextensie. Het is wellicht mogelijk dat de werkloze die via Flextensie werkt met succes voor de rechter een beroep kan doen op het uitgangspunt, dat er sprake is van een arbeidsovereenkomst met alle daarbij behorende rechten. Hieronder volgt het artikel.

Flexibel met Flextensie: goedkoper kunnen we het niet maken
De afgelopen weken heeft een aantal landelijke dagbladen uitgebreid aandacht besteed aan de werkwijze van het bedrijf Flextensie (Trouw 29 december, NRC 20 januari en Volkskrant 25 januari). Vandaag (25 januari) wordt naar aanleiding van Kamervragen hierover  gedebatteerd in de Tweede Kamer.
Waar gaat het over? Flextensie is een bedrijf dat bijstandsgerechtigden uitleent aan reguliere werkgevers waar zij met behoud van de Participatiewet-uitkering en een bonus van €2,- per uur werkzaamheden verrichten. De inleenbedrijven betalen een vergoeding voor de uitgevoerde werkzaamheden.  Deze vergoeding wordt vervolgens verdeeld tussen Flextensie en de gemeente. Flextensie, deelnemende gemeenten en enige door de dagbladen geĂŻnterviewde bijstandsgerechtigden benadrukken dat hiermee een opstapje naar regulier werk wordt gecreĂ«erd. Tegenstanders menen dat bedrijven door deze werkwijze op een wel hele goedkope manier aan werknemers komen. Er zou sprake zijn van verdringing en ‘dwangarbeid’.
Als arbeidsrechtjurist vraag ik me af of en onder welke omstandigheden bijstandsgerechtigden die door Flextensie te werk worden gesteld, feitelijk werken op een arbeidsovereenkomst c.q. uitzendovereenkomst. Indien hiervan sprake zou zijn, dan maken deze bijstandsgerechtigden mogelijk aanspraak op het minimumloon en andere arbeidsrechtelijke bescherming.
Doel en uitvoering van de overeenkomst
Om te bepalen of sprake is van een arbeidsovereenkomst is, moeten we niet alleen kijken naar hetgeen de partijen bij het sluiten van de overeenkomst zijn overeengekomen, maar ook hoe hieraan uitvoering is gegeven. Zo luidt althans de standaardregel die is voortgekomen uit de rechtspraak. Toegepast op de Flextensie werkwijze kan gesteld worden dat niet alleen van belang is wat in een gemeentelijk besluit en/of een re-integratieovereenkomst is opgenomen ten aanzien van de re-integratieverplichting van een specifieke bijstandsgerechtigde, maar ook hoe aan dit besluit of aan deze re-integratieovereenkomst uitvoering wordt gegeven. Daarbij moet worden nagegaan of voldaan is aan alle elementen die we terugvinden in de definitie van de arbeidsovereenkomst uit artikel 7:610 van het Burgerlijk Wetboek (BW), namelijk loon, arbeid en gezag. Bovendien, zo volgt uit de rechtspraak, moet daarbij acht geslagen worden op alle omstandigheden van het geval in onderling verband bezien. In dit blog zal ik aan de hand van een bespreking van deze elementen in het kader van de Flextensie werkwijze betogen dat het niet is uitgesloten dat een arbeidsovereenkomst/uitzendovereenkomst met de kandidaat (bijstandsgerechtigde) is ontstaan nadat deze werkzaamheden is gaan verrichten bij een inlenend bedrijf (reguliere werkgever).
Loon
Het eerste element van de arbeidsovereenkomst dat ik hier wil bespreken is ‘loon’. Dit wordt ook wel gedefinieerd als de vergoeding die de werkgever aan de werknemer is verschuldigd ter zake van de bedongen arbeid. In de rechtspraak is de vraag aan de orde geweest of een bijstandsuitkering opgevat kan worden als loon. Tot nu toe is deze vraag ontkennend beantwoord: de verplichte deelname aan arbeidsactiviteiten in het kader van een Participatiewet uitkering dient te worden opgevat als een voorwaarde voor het verkrijgen van een uitkering, in plaats van een onmiddellijke tegenprestatie voor de verrichte werkzaamheden.
Een relevante omstandigheid met betrekking tot de werkwijze van Flextensie is evenwel dat aan de bijstandsgerechtigde een vergoeding van €2,- per uur wordt betaald voor de verrichte werkzaamheden. De hoogste rechterlijke instantie in het civiele recht  (Hoge Raad) heeft geoordeeld dat ook in het geval de beloning voor de verrichte werkzaamheden zeer laag is (bijvoorbeeld € 0,8 0 per uur), dit niet uitsluit dat hiermee is voldaan aan het element ‘loon’. Met andere woorden, een beloning van € 2,- per uur staat op zich zelf niet in de weg aan het aannemen van een arbeidsovereenkomst. Flextensie noemt de vergoeding van € 2,- per uur een ‘premie voor arbeidsinschakeling’ (zie NRC 20 januari). Hiermee lijkt Flextensie te willen aansluiten bij de benaming die artikel 10a van de Participatiewet geeft aan het bedrag dat wordt uitgekeerd ter bevordering van arbeidsinschakeling van bijstandsgerechtigden die werken op een een participatieplaats. Het feit dat een private partij een specifieke naam geeft aan de vergoeding sluit echter niet uit dat deze als tegenprestatie voor de door bijstandsgerechtigde verrichte werkzaamheden - en daarmee als loon - moet worden aangemerkt. De omstandigheden van het geval zullen hierbij leidend zijn.
Arbeid
Een andere vraag is of de bijstandsgerechtigde die activiteiten verricht in het kader van zijn/haar re-integratie ‘arbeid’ verricht in de zin van art. 7:610 BW, zeker nu deze activiteiten ook een leerelement bevatten. Een vergelijkbare vraag is in de rechtspraak  aan de orde geweest met betrekking tot de activiteiten die worden uitgevoerd in het kader van een stageovereenkomst. De rechter oordeelde in deze zaken dat niet snel sprake zal zijn van een arbeidsovereenkomst indien de door de stagiaire verrichte activiteiten vooral gericht zijn op het uitbreiden van de eigen kennis en ervaring.
De hoogste rechter op het terrein van het socialezekerheidsrecht (Centrale Raad van Beroep) heeft in de afgelopen jaren verscheidende malen geoordeeld dat, ook in situaties waar partijen formeel een arbeidsovereenkomst hebben gesloten ter re-integratie van de voormalige bijstandsgerechtigde,  niet was voldaan aan de wettelijke definitie van de arbeidsovereenkomst nu het element ‘arbeid’ ontbrak. De afgesproken ‘werkzaamheden’ bestonden in deze zaken uit sollicitatietrainingen en het zoeken naar vacatures, of uit arbeidswerkzaamheden die gericht waren op het gewend raken aan een normaal arbeidsritme en het omgaan en samenwerken met collega’s. De rechter achtte echter wel een arbeidsovereenkomst aanwezig, indien aan deze (re-integratie) werkzaamheden economische waarde toekwamen en ze niet waren gericht op het vergroten van kennis en het opdoen van werkervaring.
De Centrale Raad van Beroep heeft recent uitspraak gedaan in twee zaken waar een (voormalige) bijstandsgerechtigde een overeenkomst had gesloten met een re-integratiebedrijf dat door de gemeente was ingeschakeld om hem/haar te detacheren bij een reguliere werkgever. In de overeenkomst was vermeld dat het ging om een arbeidsovereenkomst. De Raad oordeelde dat, zolang betrokkene niet is uitgeleend aan een werkgever er geen ‘arbeidsovereenkomst (uitzendovereenkomst)’ tussen de betrokkene en het uitlenende reĂŻntegratiebedrijf tot stand is gekomen. Pas op het moment dat betrokkene daadwerkelijk wordt uitgeleend aan een werkgever alwaar h/zij (productieve) arbeid gaat verrichten, komt een 'arbeidsovereenkomst (uitzendovereenkomst)' tot stand. Deze zaken laten zien dat onder omstandigheden de overeenkomst tussen een bijstandsgerechtigde en Flextensie aangemerkt zou kunnen worden als een uitzendovereenkomst, op voorwaarde dat de bijstandsgerechtigde daadwerkelijk wordt uitgeleend aan een reguliere werkgever waar h/zij arbeid verricht dat van economische waarde is.
Een belangrijk verschil tussen laatstgenoemde zaken en de Flextensie werkwijze is evenwel dat partijen de overeenkomst  een ‘arbeidsovereenkomst’ hadden genoemd en dat betrokkenen dienovereenkomstig het minimumloon  verdienden. Maar hoe zou de rechter oordelen indien de overeenkomst niet was voorzien van het etiket ‘arbeidsovereenkomst’, en evenmin het minimumloon was uitbetaald? Om deze vraag te beantwoorden is wederom de rechtspraak met betrekking tot leerstages relevant. Zoals eerder vermeld wijkt een stageovereenkomst af van een arbeidsovereenkomst in de zin dat in een arbeidsovereenkomst het leerelement voorop staat. De scheidslijn tussen een stage en een arbeidsovereenkomst is echter niet altijd goed te trekken. Belangrijke factoren zijn bijvoorbeeld de mate waarin de onderwijsinstelling zeggenschap heeft over de activiteiten die de leerling bij het bedrijf verricht en de mate waarin de activiteiten voor de partijen profijtelijk zijn. Ik kom hier aan het eind van deze blog op terug.
Gezag
Tot slot het element ‘gezag’. In het arbeidsrecht wordt een gezagsrelatie aanwezig geacht wanneer de ene partij het recht heeft om bindende instructies te geven aan de andere partij. In uitzendrelaties wordt vaak onderscheid gemaakt tussen de feitelijke gezagsverhouding (tussen de werknemer en het inlenende bedrijf ) en de contractuele gezagsverhouding (tussen de werknemer en de uitzendorganisatie). Bij de werkwijze van Flextensie is het niet op voorhand duidelijk hoe het zit met die gezagsverhouding. Van belang is bijvoorbeeld, of en hoe de gemeente invloed kan uitoefenen op de aard van de werkzaamheden van de bijstandsgerechtigde en de wijze waarop h/zij deze de werkzaamheden uitvoert.
Omstandigheden van het geval
Uit het voorgaande blijkt dat niet eenvoudig kan worden vastgesteld of bijstandsgerechtigden die door Flextensie worden uitgezonden om arbeid te verrichten bij een reguliere werkgever deze arbeid verrichten op basis van een arbeidsovereenkomst/uitzendovereenkomst. Het is mijns inziens met name niet helder of voldaan wordt aan de elementen ‘arbeid’ en ‘gezag’. Om hierover meer duidelijkheid te krijgen, dient kortgezegd gelet te worden op het volgende:
  • Wat staat centraal bij het verrichten van de werkzaamheden: het leren of het leveren van productie?
  • Wat is de zeggenschap van de gemeente en/of het door de gemeente ingeschakelde re-integratiebedrijf over het leerproces van de bijstandsgerechtigde?
Een gedeeltelijke antwoord op deze kernvragen kunnen we vinden in de algemene inleenbepalingen en de leveringsvoorwaarden van Flextensie (zie www.flextensie.nl), daarnaast heb ik via een Wob procedure inzage gekregen in een overeenkomst die is gesloten tussen Flextensie en een gemeente. Gezien de inhoud van deze documenten is het naar mijn mening niet uitgesloten dat sprake is van een uitzendovereenkomst of arbeidsovereenkomst. In de overeenkomst tussen Flextensie en de gemeente wordt bijvoorbeeld geen aandacht besteed aan leeraspecten. Het verdienmodel en het leveren van productie staat centraal. Zo wordt de ‘bediening van flexmarkten’ als doel geformuleerd en spreken partijen over de facturering van de ‘fee’ op een wijze dat is gerelateerd aan het wettelijk minimum loon en de loonwaarde van de kandidaat. Het leerelement staat wel centraal in artikel 1 van de algemene inleenbepalingen. Dit artikel stelt dat de inzet van de kandidaat plaats vindt in het kader van zijn re-integratie en dat de opdrachtgever de kandidaat daartoe stimuleert bij het ontwikkelen van zijn vaardigheden en werkervaring. Maar hier blijft het bij. De overige bepalingen wijzen op de feitelijke gezagsrelatie (lijkt te liggen bij de inlener ofwel reguliere werkgever) en de contractuele gezagsrelatie (lijkt te liggen bij Flextensie). De door Flextensie gehanteerde leveringsvoorwaarden zijn bovendien in grote lijnen gelijk aan de leveringsvoorwaarden die gehanteerd worden door de grootste brancheverenigingen voor uitzendbureaus, de ABU en de NBBU.
Ten aanzien van de leveringsvoorwaarden van Flextensie springen verder twee bepalingen in het oog. In de eerste plaats verplicht artikel 8 d de inlener tot betaling van een vergoeding aan Flextensie indien hij een arbeidsovereenkomst met de kandidaat (bijstandsgerechtigde) wenst aan te gaan. Een dergelijke verplichting lijkt me eerder belemmerend dan bevorderend voor de re-integratie van bijstandsgerechtigden naar regulier werk. Op grond van een tweede (nogal merkwaardige) bepaling uit de leveringsvoorwaarden (artikel 6 d) eindigt elke opdracht van rechtswege op het tijdstip ‘dat Flextensie Nederland de arbeidskracht hun arbeidsovereenkomst met Flextensie Nederland opzeggen’. Afgezien van de vraag of deze zin grammaticaal gezien juist is, lijkt Flextensie de bijstandsgerechtigde een ‘arbeidskracht’ te noemen die met Flextensie een arbeidsovereenkomst is aangegaan.
Echter voor een definitieve beoordeling van de vraag of een arbeidovereenkomst/uitzendovereenkomst is ontstaan dient, zoals uit de rechtspraak blijkt, acht te geslagen te worden op 'alle omstandigheden van het geval'. GeĂŻnspireerd door het Logidex arrest waar de vraag aan de orde was of het bemiddelingsbureau Logidex dat leerlingen van een mbo opleiding plaatst bij stage werkgevers, een uitzendovereenkomst was aangegaan met de leerlingen, dienen de volgende omstandigheden meegewogen te worden:
  • Wat is  precies afgesproken tussen de partijen (gemeente, Flextensie, inlener en bijstandsgerechtigde)? Hier dient met name gelet te worden op hetgeen is afgesproken met betrekking tot het doel van re-integratie van de bijstandsgerechtigde.
  • In hoeverre controleert de gemeente of deze afspraken worden nagekomen?
  • In welke mate is het verrichten van de werkzaamheden in het belang voor de re-integratie naar regulier werk voor deze bijstandsgerechtigde, gezien zijn/haar werkervaring, opleiding, leeftijd en het voltooien van eerdere re-integratietrajecten.
  • Wie heeft het initiatief genomen tot aanmelding bij Flextensie?
  • Hoe is de plaatsing van de bijstandsgerechtigde bij het inlenende bedrijf tot stand gekomen?
  • Waar ligt de instructiebevoegdheid ten aanzien van de kandidaat (waaronder de duur van de plaatsing en in hoeverre is de duur van de plaatsing gerelateerd aan de leerdoelen)?
  • Worden kandidaten geplaatst op verzoek van bedrijven of worden bedrijven gezocht die bij de kandidaten passen?
  • Kan de gemeente de plaatsing van de bijstandsgerechtigde bij het bedrijf eenzijdig beĂ«indigen?
Het laatste woord hierover is aan de rechter. Mocht de rechter - indien hierover zou worden geprocedeerd -  oordelen dat sprake is van een uitzendovereenkomst tussen de bijstandsgerechtigde en Flextensie, dan dient Flextensie de bepalingen uit titel 10 van boek 7 van het Burgerlijk Wetboek (de arbeidsovereenkomst) en de algemeen verbindend verklaarde Cao voor Uitzendkrachten (2012-2017) na te komen. Betekent dit dat een effectief opstapje voor bijstandsgerechtigden naar regulier werk om zeep wordt geholpen? Dat hoeft niet het geval te zijn. Opdrachtgevers zijn kennelijk bereid een vergoeding te betalen voor deze werknemers, afhankelijk van de loonwaarde van de betreffende werknemer. De Participatiewet biedt vervolgens de gemeente de mogelijkheid om een lage loonwaarde aan te vullen met loonkostensubsidie en door middel van een no-risk polis te voorkomen dat de werkgever financieel risico loopt bij ziekte van de werknemer. Dit neemt niet weg dat de kosten voor de werkgever waarschijnlijk hoger zullen uitvallen, nu voor deze werknemers loonbelasting en premies sociale zekerheid moet worden opgehoest. Daar staat tegenover dat met deze constructie (voormalig) bijstandsgerechtigden in ieder geval verzekerd zijn van arbeidsrechtelijke bescherming waar ze recht op hebben.
n.b. een meer uitgebreide versie van dit blog onderbouwd met rechtspraak en Kamerstukken zal worden gepubliceerd in een juridisch tijdschrift. Ik zal u via dit blog daarvan op de hoogte houden.

maandag 26 december 2016

AOW en belastingen. Mensen die in 2011 65 werden hebben nog 1 dag om een belastingformulier in te vullen. Je kunt geld terugkrijgen!

Belastingen en teruggave voor mensen die voor het eerst AOW krijgen
Mensen die in 2011 65 jaar werden en toen AOW kregen hebben nog 1 dag om een belastingformulier in te vullen. Het loont de moeite. Als je in de loop van het jaar AOW gerechtigd wordt, kun je veel terugkrijgen van de belasting. Bij het inkomen dat je in het belastingjaar had voor je AOW kreeg wordt geen rekening gehouden met de ouderenkortingen en het lage ouderentarief waar je recht op hebt als je AOW krijgt. Maar als je belastingaangifte doet heb je recht op toepassing van de ouderenkortingen en het lage belastingtarief voor AOW-ers over het hele jaar. Dus dan krijg je geld terug.

Het hangt ervan af wanneer je in de loop van het jaar AOW krijgt hoeveel je terugkrijgt. Januari is ongunstig, weinig terug, december gunstig, veel terug. Je kunt het belastingformulier ook invullen met terugwerkende kracht. Je kunt nog tot 5 jaar terug belasting terugkrijgen. Dus mensen die in 2012 65 jaar werden en AOW kregen (toen was het nog op je 65ste verjaardag) kunnen over het hele jaar 2017 nog een formulier invullen en belasting over 2012 terugkrijgen.
Mensen die in 2011 AOW kregen hebben nog 1 dag om een formulier in te vullen en de teruggave aan te vragen.

maandag 12 december 2016

ReĂŻntegratie perikelen in Amsterdam. Een actueel overzicht en een stukje geschiedenis

De gemeente Amsterdam kent een lange geschiedenis van malversaties en misstanden in de reintegratie bussiness. Een rapport van het Bureau Integriteit van de gemeente over misstanden bij de projecten van stichting Herstelling was aanleiding voor veranderingen in het reĂŻntegratiebeleid onder SP wethouder Arjen Vliegenthart. Maar de gemeente werkt nog steeds samen met de stichting in het project 'Vinkebrug'. Het centrum aan de Laarderhoogweg wordt gesloten. Op nieuwe locaties in vier stadsdelen wordt het reĂŻntegratiebeleid voortgezet. De hoofdvestiging komt waarschijnlijk aan de Van der Madeweg. Basis voor het nieuwe reĂŻntegratiebeleid is het 'Koersbesluit reintegratie'.

Er is in het verleden heel wat te doen geweest over het werken met behoud van uitkering oftewel dwangarbeid in Amsterdam en over het reĂŻntegratiebeleid dat de gemeente voerde. Om wat verder in het verleden terug te gaan: eind jaren negentig van de vorige eeuw had de gemeente Amsterdam een contract met Arbeidsvoorziening Noord-Holland Zuid. Wat betreft het jaar 1999 kon Arbeidsvoorziening 20 miljoen gulden niet verantwoorden. Bij nader onderzoek van de dossiers van de werkzoekenden bleek, dat 50% van dei dossiers niet voldeden aan een goede verantwoording van verrichte activiteiten. Die waren er in werkelijkheid niet, of niet geregistreerd. Accountants weigerden de verantwoording aan de gemeente Amsterdam  goed te keuren. Het Ministerie van Sociale Zaken eiste het geld terug dat aan de gemeente Amsterdam was uitbetaald. De gemeente vorderde daarop het geld bij Arbeidsvoorziening, die een gedeelte van het geld, dat al aan hen was uitbetaald, moest terugbetalen.

ander voorbeeld

Of neem een ander voorbeeld. In de tweede helft van 2001 en de eerste helft van 2002 werd een ideetje van toenmalig wethouder Jaap van der Aa uitgevoerd, namelijk de opzet van een 'megabanenmarkt'. Alle bijstandsgerechtigden in Amsterdam moesten in een jaar tijd komen opdraven in een groot hallencomplex even voorbij station Sloterdijk. Het enige dat er mega aan was, was de grootschalige opzet. Banen waren er niet in de aanbieding. Er werden van alle bijstandsgerechtigden geheel nieuwe dossiers gemaakt, en velen werden onder druk gezet naar werk te zoeken dat er niet was. De Megabanenmarkt werd dan ook een grote flop. 200 miljoen euro werd over de balk gesmeten zonder aanwijsbaar resultaat.

Weer vele jaren later. Een van de hoofdrolspelers in het  eerstgenoemde drama met Arbeidsvoorziening Noord-Holland Zuid kwam in de publiciteit door veronderstelde malversaties en misstanden in het grote commerciĂ«le reĂŻntegratiebedrijf, dat hij na het verdwijnen van Arbeidsvoorziening had opgericht. Dit bedrijf had ook contracten met de gemeente Amsterdam. De Bijstandsbond heeft o.a. de misstanden bij dit reĂŻntegratiebedrijf aan de orde gesteld. Een directeur van de Dienst Werk en Inkomen, dus durecteur van een organisatie die altijd naarstig op zoek is naar werklozen die zwart een zakcent bijverdienen, zei sprekend over de malverstaties van het grote commerciĂ«le reĂŻntegratiebedrijf in Het Parool:  'fraude wil ik het niet noemen'. De hele gang van zaken was voor de gemeente wel aanleiding het roer om te gooien en weinig meer met commerciĂ«le reĂŻntegratiebedrijven in zee te gaan. De reĂŻntegratieactiviteiten werden voortaan in eigen beheer uitgevoerd en in samenwerking met de stichting Herstelling. Ik heb mij dikwijls afgevraagd: wanneer komt de parlementaire enquĂŞte over de reĂŻntegratie-industrie van de afgelopen 20 jaar.

Herstelling

De afgelopen jaren bleek, dat er ook in de projecten van de stichting Herstelling het nodige mis was. De Bijstandsbond publiceerde meerdere zwartboeken, het bureau integriteit schreef een tot op heden geheim rapport over misstanden bij de projecten van De Herstelling aan de Laarderhoogteweg en in het Amsterdamse Bos en twee wetenschappers bogen zich vorig jaar over de misstanden en de puinhopen van de reĂŻntegratie in Amsterdam om verbetervoorstellen te kunnen doen. Zij schreven rapporten, die ook niet allemaal openbaar zijn, maar wel het rapport 'door de bomen het bos weer zien'. Zelfs de gemeenteraad werd maar in globale lijnen op de hoogte gesteld van het geheime rapport van Bureau Integriteit. En de buitenwereld weet er alleen iets van door een summier kort persbericht van de gemeente Amsterdam en op basis van wat wethouder Vliegenthart over het rapport heeft gezegd in openbare gemeenteraadsvergaderingen of vergaderingen van commissies.. Daaruit blijkt dat in het geheime rapport wordt ingegaan op het feit, dat de Bijstandsbond jarenlang de misstanden op diverse manieren aan de orde heeft gesteld, maar dat de politiek ziende blind en horende doof was. Jan Hoek, in een vorige periode gemeenteraadslid, fietste nog op een mooie voorjaarsdag naar het Amsterdamse Bos naar aanleiding van de klachten van de Bijstandsbond, sprak met de aanwezige dwangarbeiders en constateerde in een blog dat er allemaal niets aan de hand was.

veranderingen

Sindsdien is er heel wat veranderd. De gemeente zegde de samenwerking met de stichting Herstelling op, de directeur en sommige andere verantwoordelijken voor de misstanden werden op een zijspoor gezet. 'De Herstelling', en 'Laarderhoogweg' werden in de wereld van de werklozen gehaat en gevreesd.  De wethouder verklaarde diverse malen dat het centrum aan de Laarderhoogtweg zou worden gesloten. Een reeks van veranderingen moest nieuwe inhoud geven aan het reintegratiebeleid. Het werken met behoud van uitkering, soms jarenlang, werd op papier vervangen door 'leer-werk stages' van maximaal een half jaar. Het is de vraag of de nieuwe leer-werkstages werkelijk nieuw zijn, in die zin dat je er weliswaar werk in doet met behoud van uitkering, maar dat je ook een scholingstraject volgt waarbij je kennis en vaardigheden opdoet die je kansen op de arbeidsmarkt vergroten of dat het oude wijn in nieuwe zakken is, en dat de scholing in veel gevallen niets voorstelt en dat het daarom ook gewoon dwangarbeid is. Recente ervaringen van mensen die op de Laarderhoogtweg tewerk zijn gesteld wijzen erop dat er in de praktijk niet veel veranderd is.

straftrajecten

Het zijn nog steeds straftrajecten voor bijstandsgerechtigden waarbij ze onder zware druk wordt gezet met dreigementen over stopzetting van de uitkering, en waarbij mensen rechteloos gemaakt worden waarna sommigen er vervolgens aan onderdoor gaan. En leren doen ze er niets. Er is nog steeds een combinatie van angst en verveling. Er bestaat nog steeds een soort getrapt strafsysteem voor bijstandsgerechtigden en werklozen. Eerst een externe leerstage, mislukt dat, dan wordt je naar de Laarderhoogweg gestuurd, en mislukt dat ook, dan ga je soms naar het strafkamp Vinkebrug, ook al hoor je niet tot wat de 'top 600 criminelen' worden genoemd. Maar ontegenzegge;lijk is er met de komst van de Sp-wethouder wel wat veranderd in het reĂŻntegratiebeleid. Zo weigert de wethouder de verplichte tegenpresatie voor mensen die kansloos zijn op de arbeidsmarkt zoals die staatssecretaris Klijnsma voor ogen staat uit te voeren. In plaats daarvan stuurde hij ambtenaren op pad naar buurthuizen e. d. alwaar zij vriendelijke gesprekken gingen voeren met bijstandsgerechtigden, die met eigen voorstellen mochten komen en die de gelegenehid kregen hun problemen te bespreken en over oplossingen na te denken zonder dat ze op een zinloze manier in allerlei projecten werden geduwd en onder druk gezet. Dat zijn de bijstandsgerechtigden die niet ingedeeld worden in de categorie kansrijk op de arbeidsmarkt want die worden heel anders behandeld.

verleden

Maar zoals gezegd niet alles is veranderd in het beleid. En vele ambtenaren en andere betrokkenen willen liever niet meer aan het verleden worden herinnerd. Sommigen die in het verleden bij misstanden of malversaties in de reĂŻntegratie bussiness op een zijspoor werden gezet hebben inmiddels binnen of buiten het gemeentelijk apparaat weer hoge functies, soms elders in de gemeentelijke organisatie, soms ook in de reintegratie-industrie. Weliswaar heeft de gemeente de samenwerking met de stichting Herstelling grotendeels opgezegd. maar de stichting en haar directeur zijn nog steeds 'alive and kicking'. Blijkens de website die nog steeds in de lucht is. Vroeger liepen de gemeentelijke projecten en de projecten van stichting Herstelling aan de Laarderhoogtweg en elders door elkaar. Als werkloze wist je vaak niet met wie je te maken had. Dat is nu niet meer zo. Zoals gezegd, de  samenwerking met de stichting Herstelling aan de laarderhoogtweg is opgezegd.

interpretatie van de geschiedenis

Op de website van de stichting staat nu een geheel eigen interpretatie van de geschiedenis. De reden van de opzegging van de samenwerking zou zijn geweest, dat er een nieuwe SP wethouder was gekomen, die een geheel ander reïntegratiebeleid met andere prioriteiten wilde, en dat de stichting Herstelling daar niet in paste. Niet helemaal onwaar, misschien maar hooguit een klein gedeelte van de waarheid. De geconstateerde misstanden hebben een minstens even grote rol gespeeld. De stichting heeft haar website geheel opgeschoond. Over voorgaande jaren is niets meer terug te vinden. Ook zij willen liever niet teveel aan hun verleden worden herinnerd. Gelukkig hebben we de websites van de Bijstandsbond en van Doorbraak en ook de berichtgeving in o.a. Het Parool om de geschiedschrijving van de stichting wat aan te vullen. En zoals je misschien wel weet, wat eenmaal op internet staat gaat er nooit meer af. Kopiën van de oude website-versies door de jaren heen zijn te vinden in de 'way back machine'. Daaruit blijkt, dat de stichting Herstelling voor het eerst in 2000 een website lanceerde.

voortgezette samenwerking

Blijkens de website van de stichting Herstelling werkt de stichting nog steeds samen met de gemeente in het project 'Vinkebrug'. Dit project was oorspronkelijk bedoeld voor wat criminele jongeren worden genoemd, maar heeft zich uitgebreid tot 'mensen met ernstige gedragsproblemen' en 'onaangepasten'. Van de website: ' Het traject is praktisch van aard, strak georganiseerd en kent een no-nonsense aanpak. De duur van het traject is afhankelijk van de vorderingen van de deelnemer'. Met andere woorden: je kunt er geen peil op trekken als je daar zit, hoelang het gaat duren.  De werkwijze wordt de 'Vinkebrug methode' genoemd als vervolg op de 'methode Herstelling' die aan de Laarderhoogtweg werd uitgevoerd. Uit de website van de stichting zelf blijkt al, dat beslist niet alleen mensen uit de 'top 600 criminelen' tewerk worden gesteld. Er zijn ook werklozen bij, die bijvoorbeeld op de interne leerstages op de Laarderhoogtweg conflicten hebben gehad of andere mensen met wat 'gedragsproblemen' worden genoemd, die dan voor straf naar de Vinkebrug worden gestuurd. De deelnemers kunnen bij niet verschijnen een huisbezoek verwachten en er wordt gedreigd met sancties. Concrete scholing om je kennis en vaardigheden uit te breiden met meer kennis is er niet. Van de website: 'De werkzaamheden zijn eenvoudig, afwisselend en vinden vooral plaats in de buitenlucht. De werkzaamheden worden afgewisseld met sportlessen, fitness, zwemmen en PT training, waarbij gefocust wordt op groepsprocessen, communicatie en de onderlinge samenwerking'. 

Nieuw beleid

In een brief van 15 november aan de gemeenteraad laat het College van burgemeester en wethouders weten, dat de plannen voor het nieuwe reĂŻntegratiebeleid  steeds concreter worden. Men zegt dat de locatie aan de Laarderhoogtweg niet meer voldoet aan de eisen die passend zijn binnen het nieuwe beleid. Het praktijkcentrum zal verhuizen naar een locatie aan de van der Madeweg 28.  De locatie op de Laarderhoogweg wordt 1 juni gesloten. Behalve op de van der Madeweg dat de hoofdvestiging zal worden waar de intakes plaatsvinden en ook machines staan die elders niet aanwezig zijn worden er kleinere vestigingen geopend in Noord, Zuid en waarschijnlijk Nieuw-West. Het project heet Amsterdamwerkt! en de stasdeel locaties heten NoordWerkt! ZuidWerkt! en Nieuw-WestWerkt!. Daarnaast komen er Zuid-OostWerkt! en OostWerkt!. Aangezien de van der Madeweg op de grens van Oost en Zuid-Oost ligt, komen daar ook de vestigingen van de stadsdelen Oost en Zuid-Oost. Op de verschillende vestigingen zal uitvoering worden gegeven aan de realisatie van interne leerstages, dus werken met behoud van uitkering.

Piet van der Lende

Nieuwjaarswensen en oproep een financële bijdrage te betalen

 Amsterdam, 25-12-2024 Aan de leden, donateurs en symphatisanten van de Bijstandsbond, Allereerst mede namens de andere medewerkers van de...