De
schone schijn van de Leerstages van Vliegenthart.
Wethouder SP Vliegenthart moest zijn vorige
plan over de Perspectiefbanen intrekken.
Hier heeft hij niet veel van geleerd. Toen
raadslid Maureen van der Pligt ( van zijn eigen partij) de plannen zag, is zij
opgestapt omdat ze zich hier niet mee kan verenigen.
Begrijpelijk.
Alleen de hoogte van de 'premie' na afloop van
het onbetaalde traject bij de reguliere (lees commerciële) werkgever is verhoogd. Overigens blijft deze
beloning nog steeds achter bij de bestaande 'vrijwilligersvergoeding'.
1. De leerstage is niet vrijwillig
2. tijdens de leerstage heeft de
bijstandsgerechtigde geen
werknemersrechten.
3. De bijstandsgerechtigde mag
meepraten over zijn eigen leertraject, maar mag niet weigeren, er is geen bezwaar en beroepsprocedure
4. De leerstage leidt niet op tot een erkend diploma
5. De leerstage mag 6 maanden duren en met 6 maanden verlengd
worden. Er wordt nergens een relatie
gelegd met de inhoud van de 'opleiding'
6. De leerstage kan plaatsvinden bij een commerciële werkgever
7. De leerstage gaat in eerste
instantie over het aanleren van 'werknemersvaardigheden',
pas daarnaast over 'vakvaardigheden'
8. De leerstage kan nog steeds verplicht gesteld
worden voor mensen die jarenlang hebben
gewerkt.
9. aantal uren van de
leer-werkovereenkomst is niet gemaximeerd op 32 uur
10. productieve arbeid binnen de leerstage wordt niet als zodanig betaald.
a. productieve arbeid niet als
zodanig beloond
b. er worden voorwaarden gesteld aan het uitbetalen van de premie en onkostenvergoeding
c.
De premie van €500 (en zelfs met daarbovenop de onkostenvergoeding van €40) is lager dan de toegelaten vrijwilligersvergoeding:
11. Werkgevers hoeven geen baangarantie te geven
12. Er zijn geen eisen om verdringing van normaal betaalde banen te voorkomen
- wat er wel is, dat zijn gratis
arbeidskrachten voor werkgevers
puntsgewijs
commentaar:
1. De leerstages zijn niet vrijwillig.
Dat staat heel duidelijk onder beslispunt 2 (
pag 5., onderdeel f) . De betrokkene mag zijn inbreng hebben maar:
'Wel
is de werkzoekende verplicht om mee te werken aan de
leerstage
die hem of haar uiteindelijk door het college wordt aangeboden.'
Dit volgt uit de
Participatiewet (artikel 9, eerste lid, onder b) en de Reintegratieverordening
Participatiewet (artikel 1.6,
derde lid).
'Indien van toepassing
motiveert het college waarom geen uitvoering wordt gegeven aan een door de
belanghebbende
zelf voorgestelde plek voor een leerstage.'
In
de reintegratieverordening staat het volgende: In lid 1.6. punt 5:
5. Een persoon
uit de doelgroep dient bij zijn aanspraak op ondersteuning bij arbeidsre- integratie:
- mee te werken aan een onderzoek
naar zijn mogelijkheden tot arbeidsinschakeling;
- inlichtingen te verstrekken die van
belang zijn voor de beoordeling van de aanspraak op ondersteuning;
- naar vermogen mee te werken aan
een aangeboden voorziening en aan het realiseren van het doel van de voorziening.
2. Tijdens de leerstage heeft de
werknemer geen werknemersrechten
Het
is en blijft een half jaar werken voor je uitkering. Dat betekent dat je nog
steeds leeft onder dreiging van een korting op je uitkering. Je valt niet onder
een cao, je hebt geen werknemersrechten, geen pensioenopbouw en geen opbouw van
WW.
3. Wel
meepraten over leerdoelen, maar geen invloed op inhoud en geen recht op
weigering
Er is geen invloed van de
betrokkene op aard van de leerstage, slechts op de plaats waar die
vervuld kan worden. ( Dus bij de Albert Heijn of de Jumbo, of de Wibra? )
wel worden de 'leerdoelen in
overleg'vastgesteld. Maar als ze het niet eens worden, is er geen
beroepsmogelijkheid voor betrokkene.
Geen bezwaar/beroepsmogelijkheid
Onder beslispunt 2, onderdeel
f. staat heel duidelijk dat het college beslist.
'Indien van toepassing
motiveert het college waarom
geen uitvoering wordt gegeven aan een door de
belanghebbende zelf voorgestelde plek voor
een leerstage.'
Er staat
nergens dat er een bezwaar/beroepsmogelijkheid ingesteld kan worden.
Het besluit wordt genomen 'na' inbreng niet 'in overleg'
In de re-integratieverordening staat in
artikel 1.6 lid 2:
'Het college stelt
na samenspraak met de persoon uit de doelgroep vast welke voorziening het meest geschikt is om
het beoogde doel te behalen.'
4. De leer-werkstage leidt niet op tot een erkend diploma
Onder beslispunt II ., punt 1 staat
het volgende:
'Waar mogelijk vormt het behalen van
een of meer certificaten onderdeel van de leerstage.' en:
'Een onderdeel van deze overeenkomst
is dat de deelnemer op verzoek na afloop van de leerstage een getuigschrift
ontvangt.'
Centraal staat in de
leerstages het ontwikkelen van 'werknemersvaardigheden' en daarnaast pas de 'vakvaardigheden'
Onder beslispunt II. 1 staat:
Kern van de leerstage is dat
vaardigheden worden ontwikkeld die nodig zijn om
aan het werk te komen bij een
werkgever. Centraal staat hierbij de
gedragscomponent –
werknemersvaardigheden – en daarnaast ook het aanleren
van vakvaardigheden.
Dus dan krijg je een
certificaat: 'ik kan op tijd komen', 'ik kan met twee woorden spreken' ? En een eindgetuigschrift: 'ik
ben een brave werknemer geweest?
NB!- In een toelichtende brief aan
de leden van de commissie worden een aantal 1-daagse cursussen genoemd (
Horeca: HACCP, bouw VCA, heftrucchaufeur, lassen en computercertificaten) die
niet veel toevoegen aan de arbeidsmarktpositie.
In ditzelfde stuk wordt genoemd dat
de leer-stage een voorschakeltraject zou kunnen zijn voor een BBL-traject.
Het zou beter zijn de leerstage te
vervangen door een BBL traject.
5. De leerstage mag 6 maanden duren en met 6 maanden verlengd worden. Er wordt nergens een relatie gelegd met de inhoud van de 'opleiding'
In dit stuk staat het niet, maar de leerstages mogen tot een jaar
duren:
In de re-integratieverordening staat in artikel 2.1.:
d. leerstage bij
een werkgever of andere organisatie voor een aaneengesloten periode van maximaal zes maanden, met de
mogelijkheid deze periode tot maximaal twaalf maanden te verlengen;
e. leertraject in
een praktijkomgeving, gericht op het aanleren en toepassen van werknemers- en beroepsvaardigheden,
voor een aaneengesloten periode van maximaal zes maanden, met de mogelijkheid
deze periode tot maximaal twaalf maanden te verlengen;
Er wordt alleen onder II 1.a gezegd dat:
'Een leerstage kan worden
aangeboden aan werkzoekenden voor wie het
nodig is dat zij hun
werknemers- en beroepsvaardigheden ontwikkelen
voordat zij in dienst kunnen
komen bij een werkgever; onderdeel van het
aanbod van een leerstage zijn:
beschrijving van te behalen
leerdoelen en certificaten met
betrekking tot
beroepsvaardigheden; de deelnemer stelt de
leerdoelen op in overleg met
de klantmanager;'
Alleen bij een proefplaatsing
wordt een maximale termijn van 2 maanden aangegeven
'Een proefplaats bij een
werkgever kan worden aangeboden aan
werkzoekenden onder de
volgende voorwaarden:
a. de proefplaatsing (voor
maximaal twee maanden) is nodig om te
bepalen of de betrokkene
geschikt is voor de functie en/of voor het
vaststellen
van diens loonwaarde in een functie;'
6. de leerstage kan plaatsvinden
bij een commerciële werkgever
Onder
beslispunt II:
'Een leerstage kan zowel bij een
reguliere werkgever als in een voor dit doel ingerichte oefenomgeving
plaatsvinden.'
Dus bij reguliere werkgever of op de
Laarderhoogtweg of één van de (Pantar)vestigingen in de wijken.
Dat betekent dat de werkgever gewoon een
gratis arbeidskracht heeft.
7. De leerstage gaat in eerste instantie
over het aanleren van 'werknemersvaardigheden', pas daarnaast over 'vakvaardigheden'
(onder beslispunt II, punt 1:)
'Kern van de leerstage is dat
vaardigheden worden ontwikkeld die nodig zijn om
aan het werk te komen bij een
werkgever. Centraal staat hierbij de
gedragscomponent –
werknemersvaardigheden – en daarnaast ook het aanleren
van vakvaardigheden.'
8. De leerstage kan nog steeds
verplicht gesteld worden voor mensen die jarenlang hebben gewerkt, maar nu niet meer worden
aangenomen omdat ze wat ouder zijn.
(onder beslispunt II, punt 1:)
'Kern van de leerstage is dat
vaardigheden worden ontwikkeld die nodig zijn om
aan het werk te komen bij een
werkgever. Centraal staat hierbij de
gedragscomponent –
werknemersvaardigheden – en daarnaast ook het aanleren
van vakvaardigheden. Het
aanbod van een leerstage zal dus niet worden gedaan
aan iemand die op korte
termijn bemiddelbaar is naar werk.'
9. aantal uren van de leer-werkovereenkomst is niet gemaximeerd op 32
uur
Er staat nergens dat de leerstage
maximaal 32 uur per week is, dus full-time moeten leerwerken is gewoon mogelijk.
Als het toch full-time is, dan wordt je zes maanden lang bijna driehonderd euro
per maand onder het wettelijk minimumloon tewerkgesteld... zelfs met premie.
De wethouder heeft het alleen
over een 32 urige werkweek, dan kom je achteraf ongeveer uit ( op voorwaarde
dat je heel braaf bent) met alle premies en toeslagen rond het minimumloon.
Maar: als er toch full-time wordt
gewerkt dan:
bijstandsuitkering € 912,79 per
maand, plus 1/6 van de premie ( als die al uitgekeerd wordt) €83,33 plus 40€ onkostenvergoeding
(als je voldoende meewerkt) = € 1084,16 per maand.
Minimumloon is € 1303,99 per
maand.
Dat betekent dat de 'stagaire'
per maand € 288,46 onder het minimumloon wordt betaald.
( Op voorwaarde dan wel , dat
de € 500 premie na 6 maanden wel wordt betaald, hetgeen niet zeker is) Wordt
die premie uiteindelijk niet betaald, dan is de bijstandsgerechtigde
tewerkgesteld voor € 376,70 onder het minimumloon.
10. productieve arbeid binnen de leerstage wordt niet als zodanig
betaald.
a.
productieve arbeid niet als zodanig beloond:
art 5.1 uit de nadere regels:
1. Het college kan aan een
uitkeringsgerechtigde of jongere, behorend tot de doelgroep, die zijn
of haar werknemers- en
beroepsvaardigheden nog moet ontwikkelen om met een beperkte
begeleiding productief te
kunnen zijn bij een werkgever, een leerstage aanbieden, zo mogelijk
bij een werkgever, waarbij de
inzet van de deelnemer in het productieproces ondersteunend
is
aan het ontwikkelen van werknemers- en beroepsvaardigheden.
b. er worden voorwaarden gesteld aan
het uitbetalen van de premie en onkostenvergoeding:
'Om de inzet tijdens een
leerstage te belonen,
wordt voorgesteld een premie
van € 500 te verschaffen aan een deelnemer van 27
jaar of ouder die zich in het
kader van de leerstage voldoende heeft ingespannen om
de
vastgestelde leerdoelen te behalen.' ( onder: kopje bestuurlijke achtergrond
halverwege pagina 4)
Ook de onkosten die de
bijstandsgerechtigde maakt zijn niet leidend, maar de meegaandheid van
betrokkene….
artikel 22 Nadere regels bij
de Re-integrtieverordening
'Het college kan aan een
persoon behorend tot de doelgroep die voldoende meewerkt aan de aan
hem aangeboden voorzieningen,
een onkostenvergoeding verstrekken ten bedrage van € 40 per
maand.
Concrete criteria worden
hierbij niet genoemd.
Als er daarna een betaalde baan van minimaal een half jaar
wordt gevonden, wordt er daarna nogmaals € 250 uitgekeerd. ( artikel II.1.e)
'- van € 250 voor een
uitkeringsgerechtigde van 27 jaar of ouder die
aansluitend op een leerstage
is uitgestroomd naar werk en daarmee
ten minste zes maanden
volledig uitkeringsonafhankelijk is
gebleven;
Hier wordt weer eens heel
duidelijk de verantwoordelijkheid voor de werkloosheid bij de bijstandsgerechtigde
neergelegd..
c.
De premie van €500 plus onkostenvergoeding van €40 per maand is lager dan de toegelaten
vrijwilligersvergoeding:
'Indien u een bijstandsuitkering krijgt van uw
gemeente, mag u wel vrijwilligerswerk uitvoeren, maar mag er aan u maximaal €
95 per maand en € 764 per jaar vergoed worden. Indien u onder deze
maximumbedragen blijft wordt u niet gekort op uw uitkering. Daarnaast kan uw
gemeente u verplichten om vrijwilligerswerk uit te voeren in het kader van
re-integratie. Dan mag uw vergoeding wel maximaal € 150 per maand en € 1.500
zijn (bron : info nu)
11. Werkgevers hoeven geen baangarantie te geven
Alleen bij de proefplaatsingen
wordt gezegd dat de werkgever de bedoeling moet hebben een wajonger of
bijstandsgerechtigde in dienst te nemen.
art II.2.b.b. de werkgever
heeft de bedoeling om de betrokkene na de proefplaats
een dienstverband aan te
bieden van minimaal 6 maanden
en minimaal voor dezelfde
arbeidsduur als de proefplaatsing;
art. 5.1.7 uit de nadere
regels:
' Indien de leerstage niet
direct leidt tot een dienstverband zoals bedoeld in het vorige lid, biedt
het college zo nodig een
andere voorziening aan.'
Dit kan zo maar weer een
proefplaatsing / leerstage bij een andere werkgever zijn .
12. Er zijn geen eisen om verdringing van normaal betaalde banen te
voorkomen
Sterker nog, er wordt geen
woord aan gewijd.
Amsterdam, 15 februari 2015
Dejo Overdijk